Dagelijks archief: juli 3, 2020

Een geestelijk leider is geen manager. Wat zegt de Bijbel?

In de huidige tijd zien we steeds meer leiders opstaan in evangelische kringen die zichzelf eerder zien als een soort manager van een groot bedrijf, dan als toegewijde dienaren van Gods werk. Ze leiden de gemeente alsof het een commercieel bedrijf betreft, terwijl het dat absoluut niet is, maar levend lichaam van Christus waarvan Jezus het hoofd is. Ze zijn drukken met het maken van prachtige schema’s en het ontwerpen van structuren, dan met de pastorale zorg van de gemeente leden.

Maar het is ook waar dat niet iedereen die meent een leider te zijn, het ook is. De Bijbel zegt dat God ‘sommige’ heeft aangesteld in de gemeente (1 Cor.12:28-31). Het is beslist geen schande als een leider terugtreed uit zijn functie, omdat hij gaandeweg tot de ontdekking komt niet over de juiste bestuurskwaliteiten te beschikken. Dit is in ieder geval veel beter dan te blijven in een taak waar men geen roeping voor heeft, met mogelijke schade voor de gemeente en hem zelf.

We willen hier even kort de eigenschappen bespreken waaraan leiders moeten voldoen.

1. Een geestelijk leider moet geen carrière jager zijn.

De Bijbel zegt in Rom.12:3 “Want krachtens de genade, die mij geschonken is, zeg ik een ieder onder u: koestert geen gedachten, hoger dan u voegen, maar gedachten tot bedachtzaamheid, naar de mate van het geloof, dat God elkeen in het bijzonder heeft toebedeeld.”

Een groot gevaar voor leiders is hoogmoed. Het is het eerste en belangrijkste waar leiders voor moeten waken. Natuurlijk is hoogmoed een ernstig gevaar voor iedereen, maar geestelijke leiders zullen er meer last van te hebben. Zij worden vaak in een positie geplaatst waarin andere hoge verwachtingen van hen hebben. Wanneer een leider bijvoorbeeld door veel mensen bejubeld wordt, omdat hij bepaalde dingen zeer goed doet, komt hij gemakkelijk in de verleiding om op anderen te gaan neer te zien.

Zelfs geestelijk leiders die veel waarschuwen voor hoogmoed, kunnen er toch zelf aan ten prooi vallen, want dit gevaar is vaak veel groter dan men denkt en dus kan het gemakkelijk onderschat worden. Vandaar dat dagelijks gebed en diep buigen voor de Heer, de enige weg voor een leider is om hiervoor bewaard te blijven. Hoogmoed is bij uitstek de manier waarop de duivel een geestelijk leider ten val kan brengen. Want vanuit deze zonde komt nog veel meer voort, zoals leugens, oneerlijke praktijken en schijnheiligheid. Hoogmoed komt voort uit onze zondige natuur en daarom waren we er in ieder geval allemaal bevattelijk voor.

In het bijzonder leiders moeten zich de vermaning van Paulus aan de Corinthiërs voor ogen houden in 1 Cor.3:5: “Daarom, noch wie plant, noch wie begiet, betekent iets, maar God, die de wasdom geeft.”

2. Geestelijk leiders moeten teamspelers zijn.

Twee voorbeelden waarin we zien dat God wil dat leiders teamspelers zijn.

– Handelingen 6:1-6 beschrijft hoe met het groter worden van de gemeente te Jeruzalem de behoefte aan diakenen ontstaat: er zijn ‘handen’ tekort voor het bedienen van de tafels. De apostelen zien dit in en stellen de voltallige gemeente voor: “Ziet dan uit, broeders, naar zeven mannen onder u, die goed bekend staan, vol van Geest en wijsheid, opdat wij hen voor deze taak aanstellen.”

– Dit stemt ook overeen met de raad die Mozes van zijn schoonvader Jethro kreeg toen hij van de ochtend tot de avond bezig was om recht te spreken tussen het volk: (Ex.18:21) “Gij moet onder het gehele volk omzien naar flinke, godvrezende en betrouwbare mannen, die winstbejag haten, en hen aanstellen als oversten van duizend, oversten van honderd, oversten van vijftig en oversten van tien.”

Daarom, ook nu moet het werk in de gemeente gedelegeerd worden aan betrouwbare mensen, vol van Geest en wijsheid, het werk kan niet slecht door één persoon gedaan worden. Een leider moet zich dus omringen met bekwame mensen die hem kunnen helpen en adviseren. Maar leiders die niemand naast zich dulden of kunnen verdragen, geven daarmee in feite aan ongeschikt te zijn voor het geestelijk leiderschap.

We zien nogal eens groepen van gelovigen met een leider die zichzelf onaantastbaar is gaan vinden en zelfs absolute gehoorzaamheid eist van zijn volgelingen. Hoewel men soms ook nog de mond vol heeft over Bijbelse principes van verantwoordelijkheden delen en gaven die gelovigen hebben, duldt men in de praktijk toch niemand naast zich. Men mag dan wel meewerken, maar de leider deelt niet het gezag wat hij heeft, dus de verantwoording blijft ten alle tijden alleen bij hem. Dit is dan totaal anders dan wat we in de Bijbel vinden. Mozes werd juist gecorrigeerd door zijn schoonvader Jethro, toen hij de neiging had om alles alleen te doen.

Jezus is tijdens zijn aardse bediening ook direct begonnen om 12 apostelen op te leiden. (Luc.6:13). Hij wist dat de tijd zou komen dat Hij ten hemel zou varen en dat Zijn werk door anderen zou moeten worden voortgezet.

Tevens zond Hij zijn discipelen ook uit om de boodschap van het koninkrijk te verkondigen en met zieken te bidden (Luc.9 en 10) en Hij liet ze zelfs toe om mensen te dopen (Joh.4:1). Hij schakelde ze dus werkelijk ook in.

Een van de beste middelen tegen het gevaar om solistisch te worden in geestelijk leiderschap, is direct anderen mee te nemen in de bediening en hen de ruimte te geven zich naast je te ontwikkelen. Natuurlijk zit daar ook een gevaar in, je loopt als leider veel meer risico op rivaliteit en afgunst. Maar tegelijk moet elke leider beseffen dat het werk van God niet het eigendom van de leider is, zelfs al heeft hij aan de basis van het werk gestaan. God is machtig om je als leider te bevestigen en als Hij het niet doet kunnen we beter stoppen en plaats maken voor anderen, want anders is het gewoon mensen werk. Lees verder

Geplaatst in geestelijk leiders, Pastorale zorg | Tags: , , | Een reactie plaatsen