Het Bijbelboek Hooglied(2)

door Henk Herbold –

Aantekeningen bij het Hooglied van Salomo – deel 2

Vers

Hoofdstuk 5

 
1 Ik ben gekomen tot mijn hof, mijn zuster, bruid, ik plukte mijn mirre en mijn balsem, ik at mijn raat en mijn honig, ik dronk mijn wijn en mijn melk. Eet, vrienden, drinkt, en wordt dronken, genoten. In Hfdst 4:16 lezen we van het verlangen van de bruid: “Mijn geliefde kome tot Zijn hof”. In Hfdst 5:1 is Hij gekomen. “Ik ben”gekomen. De hof is de gemeente. Jezus wil komen door een nieuwe uitstorting van de heilige Geest. Hos.6:3, Zach.10:1, Openb.22:17.Jezus is ook de grote IK BEN. (Joh.6:35, 9:5, 10:7, 10:11, 11:25, 14:6, 15:5)Jezus komt om te genieten in Zijn hof (=gemeente). De gemeente moet daarom zijn een lusthof, een heilige plaats.  
2 Ik sliep, maar mijn hart was wakker. Hoor, mijn geliefde klopt aan. `Doe mij open, mijn zuster, mijn liefste, mijn duive, mijn volmaakte, want mijn hoofd is vol dauw, mijn lokken zijn vol druppels van de nacht.’ Ondanks dat ze slaapt, is haar geest wakker. Er is duidelijk sprake van een relatie met haar Bruidegom want: ze hoort haar geliefde kloppen en ze verstaat Zijn stem.Hij noemt haar o.a. volmaakte, dat mogen we zijn in Jezus. (Hebr.10:14) 
3 Ik heb mijn kleed reeds afgelegd, hoe zou ik het weer aandoen? Ik heb mijn voeten gewassen, hoe zou ik ze weer verontreinigen?’ Het moment van strijd, het vlees keert zich altijd tegen de Geest. (Rom.7:18-24) Ze heeft haar kleed afgelegd en is klaar om te rusten. Deze strijd leidt echter tot overwinning.(2 Kor.12: 6-10)
4 Mijn geliefde stak zijn hand door de opening en mijn hart werd onstuimig over hem. De hand van haar geliefde, die haar doet herkennen. Jezus hand werd voor ons doorboord en doet altijd zien dat Hij het is.
5 Ik stond op om mijn geliefde open te doen, mijn handen dropen van mirre, mijn vingers van vloeiende mirre op de greep van de grendel. Dan overwint ze en doet Hem open. In de beweging ervaart ze als de liefde van haar Bruidegom. Mirre spreekt altijd van lijden en Jezus heeft aan het kruis Zijn liefde getoond.
6 Ik deed mijn geliefde open, maar mijn geliefde was weg, verdwenen! Mijn ziel bezwijmde, toen hij sprak, ik zocht hem, maar vond hem niet, ik riep hem, maar hij antwoordde mij niet. Als open doet is Hij verdwenen. Maar dit is slechts een test. De Bruidegom wil zien of we echt Hem boven alles volgen willen.(lees andere voorbeelden: Joh.6:67, Luc.24:28, Mat.15:23, Joh.11:5,6, Joh.11:21)
7 De wachters, die in de stad hun ronde deden, troffen mij aan, zij sloegen mij, verwondden mij, zij rukten mij het overkleed af, de wachters der muren. De wachters zijn de valse herders, die haar vervolgen zullen.(lees Openb.2:2, 2:10)
8 Ik bezweer u, dochters van Jeruzalem, indien gij mijn geliefde vindt, wat zult gij hem melden? Dat ik bezwijm van liefde. Speel nooit met de liefde van God, maar geef u over aan de Heer zodra u Zijn roepstem hoort.
9 Wat heeft uw geliefde voor boven een ander, o schoonste der vrouwen? Wat heeft uw geliefde voor boven een ander, dat gij ons aldus bezweert? Deze vraag is de mooiste vraag die een kind van God mag horen. Dit zijn de gelegenheden van de Heer om te getuigen van hetgeen God in ons gedaan heeft.
10 Mijn geliefde is blank en rood, uitblinkend boven tienduizend. Hij is de ster die altijd zal stralen. Kol.1:15-20
11 Zijn hoofd is fijn goud, gelouterd goud, zijn lokken zijn golvend, ravenzwart. Eeuwige jeugd, het eeuwige leven is in Hem (Joh.3:36)
12 Zijn ogen zijn als duiven bij waterbeken, badend in melk, zittend bij een overvloedige bron. Jezus ogen stralen een overvloedige bron van vrede uit. Zo kijkt Hij naar Zijn geliefde.
13 Zijn wangen zijn als balsembedden, perken van kruiden, zijn lippen zijn lelien, druipend van vloeiende mirre. Zijn aangezicht is vol van Gods heerlijkheid. 2 Kor.5:6
14 Zijn armen zijn gouden rollen, bezet met Tarsisstenen, zijn lichaam is een kunstwerk van ivoor, bedekt met lazuursteen. Zijn armen en lichaam tonen “kracht”. Gods kracht is onmetelijk en beschikbaar voor ons. Efeze 1:19
15 Zijn benen zijn witmarmeren zuilen, rustend op voetstukken van gelouterd goud; zijn gestalte is als de Libanon, uitgelezen als de ceders. Dit spreekt van standvastigheid. God verandert nooit van mening.Lees Openb.10:2,3
16 Zijn verhemelte is enkel zoetheid, en alles aan hem bekoorlijkheid. Zo is mijn geliefde, zo is mijn vriend, dochters van Jeruzalem. Wat Hij spreekt is aangenaam. Alles aan hem is bekoorlijk. We moeten geboeid worden door Jezus, Hem aanschouwen. (Joh.6:40) Dan zal ons getuigenis effect hebben.

Vers

Hoofdstuk 6.

 
1 Waarheen is uw geliefde gegaan, o schoonste der vrouwen? Waarheen heeft uw geliefde zich gewend? Want wij willen hem met u zoeken. Wij moeten altijd spreken over Jezus. Dat is het enige getuigenis wat echt effect heeft. Mensen moeten het verlangen krijgen Hem te zoeken.
2 Mijn geliefde is afgedaald naar zijn hof, naar de balsembedden, om zich te vermeien in de hoven, om lelien te plukken. Vertel waar u Hem kunt vinden, namelijk in de gemeente van Jezus Christus.
3 Van mijn geliefde ben ik en van mij is mijn geliefde, die te midden der lelien weidt. Dit is rechtstreeks vergelijkbaar met Joh.15:3 “Blijft in Mij gelijk ik in u”en Col.3: 3 “ons leven is met Christus verborgen in God”. Jezus weidt onder de Leliën en deze Leliën wijzen op de kinderen van God, die Hij voedt met Zijn Woord.
4 Schoon zijt gij, mijn liefste, als Tirsa, liefelijk als Jeruzalem, geducht als krijgsscharen met banieren. De gemeente bestaat uit verloste zondaren, die van zichzelf onrein zijn, maar gereinigd door Jezus bloed zijn ze schoon en volmaakt in Jezus. We zijn als Jeruzalem, als een stad op en berg die niet verborgen kan blijven. Als krijgsscharen, een krachtig leger.
5 Wend uw ogen van mij af, want in verwarring brengen zij mij; uw haar is als een kudde geiten, die neergolven van Gilead. Hieruit spreekt de diepe liefde van de bruidegom voor Zijn bruid. Haar als een kudde geiten, wijst op het geitenharen kleed van de tabernakel (Ex.26:7). Het betekent bedekking, sieraad en kracht.
6 Uw tanden zijn als een kudde ooien, die opkomen uit het wed, alle met tweelingen, en zonder jongen is er geen. Tanden siert het gezicht als men lacht. God heeft blijvende vreugde aan Zijn gemeente.
7 Als een gespleten granaatappel zijn uw slapen, door uw sluier heen. De bruidegom prijst de schoonheid van haart slapen. Een kind van God mag zijn hoofd te rusten leggen op de rots Jezus Christus.
8 Zestig koninginnen zijn er, tachtig bijvrouwen, en jonkvrouwen zonder tal. Jezus kiest zich een bruid. Zijn verlangen gaat uit naar kinderen van Gods die Hem boven alles kronen in hun leven.
9 Maar enig is zij, mijn duif, mijn volmaakte, een enige was zij voor haar moeder, een reine voor wie haar gebaard heeft. Meisjes zien haar, en prijzen haar gelukkig; koninginnen en bijvrouwen, en loven haar. We zijn volmaakt in Jezus. Nooit op een andere manier. Er is in ons geen kracht om ook maar enigszins heiliger te worden. Als we het wel zelf zouden kunnen, dan had Jezus niet hoeven sterven aan het kruis. We zullen volmaakt zijn door Hem en door Hem alleen.
10 Wie is zij, die opgaat als de dageraad, schoon als de blanke maan, stralend als de gloeiende zon, geducht als krijgsscharen? De dageraad spreekt van kracht, de maan is het licht in de nacht en de gloeiende zon, is onweerstaanbaar. Deze woorden geven aan de kracht van de gemeente van Jezus Christus.
11 Naar de notenhof daalde ik af om te zien naar de bloesems van het dal, om te zien of de wijnstok botte, de granaatappelbomen bloeiden. Jezus komt om vrucht te vinden in ons leven. Dat is de vrucht van verandering (Mat.3:8) Is er al iets zichtbaar van het volmaakte leven van Jezus in ons. (1 Kor.3:11-15)
12 Ik kende mijzelve niet; gij hebt mij op vorstelijke wagens geplaatst. Dit roept is uit, omdat ze overweldigd wordt door de grote liefde van haar bruidegom. Het zelfde gebeurd als een kind van God gedoopt wordt in de heilige Geest en de liefde van God wordt in ons hart uitgestort.
13 Wend u, wend u, gij Sulammitische, wend u, wend u, dat wij u bezien! `Wat wilt gij naar de Sulammitische zien als naar de reidans van Machanaim? In de eindtijd zal de gemeente haar schoonheid mogen tonen aan de wereld. Doordat de heerlijkheid van Jezus in haar reflecteert.          2 Kor. 3:18

Vers

Hoofdstuk 7

 
1 Hoe schoon zijn uw schreden in de sandalen, vorstendochter! De welvingen van uw heupen zijn als sieraden, werk van meesterhanden. Hier begint de Bruidegom de schoonheid van Zijn bruid te beschrijven. Dit si een onvoorstelbare gedachte, dat Jezus Zijn gemeente bewonderd. Let op het mooie woord “vorstendochter”.  De heup en de schoot van de vrouw is de plaats waar ze haar kind draagt. Van daaruit baart ze. Zo is het met de gemeente, zij brengt vrucht voort en dat is haar schoonheid.(Mat.3:8)
2 Uw navel is een welgerond bekken, waaraan geen gemengde wijn ontbreke; uw schoot is een tarwehoop, omzoomd met lelien.
3 Uw beide borsten zijn als tweelingjongen van gazellen. De borsten is de plaats waar de baby gevoed wordt. De gemeente van Jezus Christus moet een plaats zijn, waar de nieuw geboren baby in Christus, gevoed wordt en kan groeien.
4 Uw hals is als de ivoren toren, uw ogen zijn als de vijvers van Chesbon bij de poort Bat-rabbim, uw neus is als de toren van de Libanon, uitziende op Damascus. De hals is de wil. Je hoofd niet buigen betekent niet toegeven.De hals is een ivoren toren betekent, de bruid is standvastig en geeft niet toe aan de wereld of het dienen van afgoden. Ze is niet wispelturig.Ogen als vijvers is rein, verlost van de ogenlust van het vlees (1Joh.2:16, een neus als de toren, wijst de reuk die scherp kan onderscheiden. In de Bijbel is sprake van een geur ten leven en een geur van de dood. (2 Kor2:15,16)
5 Uw hoofd op u is als de Karmel, uw haardos is als purper: een Koning is gevangen in die lokken. Op de hoofden van de 120 discipelen was een vlam te zien toen ze vervuld werden met de heilige Geest op de pinksterdag (Hand.2) De Bijbel vertelt ons ook van het vuur wat neerdaalde, op het gebed van de profeet Elia, op de Karmel. (1 Kon.18) Uw hoofd is al de Karmel, wijst er op dat God haar wil vervullen met het vuur van de Geest. Purper is de koningskleur en ‘haar’is een sieraad voor de vrouw. De Bruid heeft een Koninklijke uitstraling.
6 Hoe schoon zijt gij, liefde; hoe heerlijk onder wat men verlangen kan! Onze schoonheid zit in het werk wat Jezus aan ons heeft gedaan. Jezus verlangt zich een bruid voor zich te stellen, zonder vlek of rimpel (Ef.5)
7 Ja, uw ranke gestalte is als een palm, en uw borsten zijn als dadeltrossen. Haar vrouwelijk schoon wordt hier geprezen. De gemeente wordt voorgesteld als een moeder, die kinderen baart en verzorgd. Dat zijn de nieuwe levens die tot bekering komen.
8 Ik zeide: Ik wil die palm beklimmen en zijn vruchtentrossen plukken. Mogen uw borsten als druiventrossen zijn, de geur van uw adem zij als appels, De Bruidegom verlangt intens naar Zijn bruid. God geeft ons in het beeld van een bruid en bruidegom op de meest intieme wijze aan, hoe Hij wil dat we ten opzicht van Hem staan en Hij ten opzichte van ons. Diepe liefde is niet mogelijk. Jezus heeft Zijn gemeente lief.
9 uw verhemelte als de kostelijkste wijn… …die regelrecht mijn geliefde toestroomt, en in zijn slaap naar zijn lippen vloeit. Wijn is het beeld van hemelse vreugde (Ef.5:18). Er moet een rechtstreeks contact zijn met de Bruidegom, zodat het leven in hem naar ons kan stromen en onze aanbidding voor Hem, weer terug.
10 Van mijn geliefde ben ik, en naar mij gaat zijn begeerte uit. Dit is een meest intieme uitsprak. Hij kocht mij met Zijn kostbaar bloed en nu ben ik Zijn eigendom. Sterker nog Hij verlangt naar ons.
11 Kom, mijn geliefde, laten wij uitgaan naar het veld, laten wij vernachten tussen de hennabloemen. Uitgaan in het veld, is uitgaan naar het zendingsveld en dan kan als naast u beginnen. Daar wil Jezus met ons naar toe gaan, om andere Zijn liefde te tonen.
12 Laten wij vroeg naar de wijngaarden gaan en zien of de wijnstok uitbot, of de bloesems zijn opengesprongen, de granaten bloeien. Daar zal ik u mijn liefde geven. Daar in de arbeid voor Jezus zullen we Zijn grote liefde het meest leren kennen. Jezus is altijd opzoek naar vrucht.
13 De liefdesappelen geven hun geur, en bij onze deuren groeien allerlei kostelijke vruchten, jonge en oude: ik heb ze voor u, mijn geliefde, bewaard. Jonge en oude vruchten, betekent blijvend vrucht dragen. Oude vruchten, maar ook jonge. Lees Joh.15, vrucht dragen, meer vrucht dragen, veel vrucht dragen, opdat uw vrucht zal blijven.De vrucht is in de eerste plaats de veranderingen die ons leven moet ondergaan, zodat we steeds meer op Jezus zullen gaan lijken. (2 Kor.3: 18)

Vers

Hoofdstuk 8

 
1 Och, waart gij als mijn broeder, aan de borst van mijn moeder gezoogd! Vond ik u dan buiten, ik kuste u en niemand zou mij daarom laken. Jezus is onze oudste broeder, lees Hebr.2:11. Jezus noemt ons ook vrienden, lees Joh.15:15. Dat alles is bedoeld omdat de Heer heel dicht bij ons wil komen.
2 Ik zou u leiden, ik zou u brengen naar het huis van mijn moeder, die mij opvoedt; van geurige wijn zou ik u te drinken geven, van de jonge wijn mijner granaatappelen. Komen in het huis van mijn moeder, betekent Jezus wil komen in de omgeving waar wij wonen. Geurige wijn is vreugde, aanbidding.
3 Zijn linkerarm is onder mijn hoofd en zijn rechterarm omvangt mij. God wil ons omhelzen in Zijn Zoon, Jezus Christus.
4 Ik  bezweer u, dochters van Jeruzalem, waarom wilt gij de liefde opwekken en prikkelen, voordat het haar behaagt? Je moet goed de kosten berekenen voor we ons overgeven aan Jezus liefde, het kost ons namelijk alles.
5 Wie trekt daar op uit de woestijn, leunend op haar geliefde? Onder de appelboom wekte ik u, daar ontving u uw moeder, daar ontving zij, die u baarde. Daar trekt de gemeente op uit de woestijn van deze wereld, mat alle dorheid en droogte, maar ze leunt op Jezus.
Onder de appelboom (zie Hfst 2), dat is het Woord van God, daar zijn we gebaard.
6 Leg mij als een zegel aan uw hart als een zegel aan uw arm. Want sterk als de dood is de liefde onverbiddelijk als het rijk van de doden de hartstocht, haar vlammen zijn vuurvlammen, een vuurgloed des Heren. Een zegel betekent bewaren. Jezus liefde bewaart ons hart voor de zonden. De verzegeling van de arm is de bewaring van onze daden. Gods liefde is sterker dan de dood, want Hij heeft ons liefde dwars door de dood heen.
7 Vele wateren kunnen de liefde niet blussen en rivieren spoelen haar niet weg. Al bood iemand alles wat hij bezit voor de liefde, smadelijk zou men hem afwijzen. Vele tegenslagen en moeite kunnen de liefde niet wegnemen. (Rom.8:38,39) Je kunt Jezus liefde niet kopen.
8 Wij hebben een jonge zuster, die nog geen borsten heeft. Wat zullen wij met onze zuster doen ten dage, dat iemand naar haar dingt? De jonge zielen in de gemeente, of de zwakkere, die moeten we beschermen.Een gemeente moet een veilige plaats voor hen zijn, doordat er geestelijke vaders en moeders zijn die hen kunnen begeleiden. 
9 Als zij een muur is, dan bouwen wij daarop een zilveren tinne; maar als zij een deur is, dan sluiten wij haar af met cederen planken.
10  Ik was een muur en mijn borsten waren als torens. Toen werd ik in zijn ogen als een, die overgave aanbiedt. We waren als een onneembare vesting, maar we zijn overwonnen door Jezus liefde. We hebben ons overgeven aan Hem.
11  Salomo bezat een wijngaard te Baal-hamon. Hij gaf die wijngaard aan bewakers, ieder geeft voor de vrucht daarvan duizend zilverlingen. Salomo verdeelde zijn rijkdommen en iedere bewaker van zijn wijngaard betaalde daarvoor.
12 Mijn wijngaard, de mijne, ligt voor mij; de duizend laat ik aan u, Salomo, en tweehonderd aan de bewakers van zijn vrucht. Maar onze rijkdom is de Bruidegom zelf, alle andere rijkdommen hebben voor ons geen waarde.
13 Gij bewoonster der hoven, naar uw stem luisteren de makkers, laat ze mij horen. We moeten in het gebed, Hem onze stem doen horen, Jezus verlangt naar ons.
14 Haast u, mijn geliefde, en doe als de gazel of als het hertejong op bergen vol balsemkruid. Kom Heer Jezus (Openb.22: 20)

Terug naar Deel 1: Klik hier