Mensen die zeggen apostelen te zijn en het niet zijn.

Door Henk Herbold

In Efeziërs 4:11 lezen we dat Jezus, nadat Hij was opgevaren naar de hemel, verschillende bedieningen heeft gegeven, tot opbouw van de gemeente. Er staat  “Hij heeft zowel apostelen als profeten gegeven, zowel evangelisten als herders en leraars”.  Dit zijn de vijf bedieningen die Christus aan de Gemeente heeft gegeven. Binnen deze vijf bedieningen zien we als eerste de apostel genoemd en dit doet ons direct denken aan de 12 discipelen die geroepen waren door de Heer en toen alles verlaten hadden om Jezus na te volgen.

Jezus nu, was de eerste die Zijn 12 discipelen ook apostelen noemde (Luc.6:13). Dat gebeurde overigens niet zo maar, kennelijk was dat moment van zo’n grote betekenis voor de Heiland dat Hij daarvoor de hele nacht in gebed moest gaan. Pas toen het dag werd kwam Hij van de berg en wees twaalf mannen aan en dan staat er zo typerend ‘die Hij ook apostelen noemde’. Voor dat moment was er niemand die kon zeggen een apostel te zijn.

Nu betekent het Griekse woord voor ‘apostel’ gewoon ‘gezondene’ en het hangt er  maar vanaf welk gewicht je geeft aan zo’n woord ‘gezondene’. Je kunt gerust zeggen dat we allemaal op een bepaalde manier gezonden zijn door de Heer, al was het maar tot familie of buren om hen het evangelie uit te leggen.

Maar hier ging het toch duidelijk om veel meer, vooral als we spreken over de 12 eerste apostelen en later ook Paulus. Het gaat hier om mensen die een speciale opdracht van de Heer kregen, om te bouwen aan de eerste gemeente en Jezus boodschap in de wereld als eerste te verkondigen. Hun belevenissen, maar vooral openbaringen en hun onderwijzende brieven, zijn geschreven onder de sterke zalving van de Heilige Geest en later opgetekend in het heilig Woord van God. Zij mochten dus de basis vormen van de nieuw Testamentische gemeente, die na Jezus hemelvaart, op de pinksterdag geboren zou worden.

Deze twaalf waren dus speciaal roepen, ze leefde ook met Jezus tijdens Zijn aardse bediening. Ze waren o.a. getuige van Zijn opstanding en als eerste voorbestemd om het werk van Jezus voort te zetten op aarde en ook om de eerste leiders van de nieuwe gemeente te worden. Natuurlijk is in de eerste plaats altijd Jezus zelf het fundament en de hoeksteen van de gemeente, maar de apostelen hebben daar op voort mogen bouwen, zij worden dus ook genoemd de grondleggers of fundament van de Gemeente  (Lees Efeze 2:19,10).

Zo bent u dan niet meer vreemdelingen en bijwoners, maar medeburgers van de heiligen en huisgenoten van God, gebouwd  op het fundament van de apostelen en profeten,  waarvan Jezus Christus Zelf de hoeksteen is.

Als we de betekenis van het woord apostel beschouwen, namelijk gezondene, dat zouden we kunnen zeggen dat ook Jezus zelf, de kring van ‘gezondenen’ heeft uitgebreid namelijk met nog eens 72 andere mannen. Want Jezus stuurde ook hen erop uit (Luc.10:1) om Zijn evangelie te verkondigen, dus waren ook zij gezondenen. Maar we moeten dan toch wel in acht nemen dat er ook toen al een groot verschil was tussen hen en de 12 apostelen die het eerst aangewezen waren door de Heer. Uiteindelijk waren ze dus wel allemaal ‘gezondenen’ van  de Heer, maar ze behoorde niet allemaal tot de innerlijke kring van apostelen rondom Jezus.

Na de val van Judas, die Jezus had verraden en zich zelf van het leven had beroofd, zien we in het boek Handelingen dat het twaalftal weer werd volledig gemaakt door de verkiezing van Matthias (Hand. 1:2-5, 13, 21-26). Dit was natuurlijk niet nodig geweest als iedereen die maar door Jezus was uitgezonden zichzelf ook apostel had mogen noemen. Maar zo was het duidelijk niet. Alleen de twaalf discipelen werden genoemd de z.g. ‘apostelen van het lam’ en alleen hun namen zijn ook geschreven in de fundamenten van het nieuwe Jeruzalem (Openb.21:14).

Paulus was de apostel van de heidenen.
Hoewel hij niet één van de twaalf discipelen van Jezus was, heeft hij wel tijdens de bediening van Jezus geleefd en heeft dus ook alles meegemaakt, hij zegt in 1 Kor.9:1  “Ben ik niet een apostel? Ben ik niet vrij?  Heb ik niet Jezus Christus, onze Heere, gezien?  Bent u niet mijn werk in de Heere?”

De oorsprong van zijn roeping tot apostel zit toch wel in de bijzondere verschijning van  Jezus aan hem op de weg naar Damascus (Hand.9). Natuurlijk is er nog steeds een kenmerkend verschil tussen het apostelschap van de twaalven en dat van al degene die later apostel werden genoemd.  De twaalven hadden met Jezus geleefd en ook getuige geweest van Zijn dood en opstanding. Toch werd ook Paulus apostel of je kunt zeggen een gezondene met een speciale bediening.

Paulus was duidelijk ook door Jezus Zelf geroepen als apostel, lees Gal.1:1 “Paulus, een apostel – geroepen, niet vanwege mensen, ook niet door een mens, maar  door Jezus Christus en God de Vader, Die Hem uit de doden opgewekt heeft”.

Paulus heeft het in 1Korinthe 15: 5-7 ook over ‘de twaalf… en daarna over alle apostelen’ vrijwel zeker doelde hij op de twaalf discipelen van Jezus en alle andere die daarna uitgezonden waren door de Heer. Bijvoorbeeld behoorde ook Barnabas, Paulus medewerker tot die grotere kring van gezondenen. Hij woonde in Jeruzalem (Hand.4:36,37) en wordt in elk geval samen met Paulus in die zin ook apostel genoemd (Hand.14:4, 14). Dat geldt trouwens ook voor Paulus andere medewerker Silas, die eveneens afkomstig was uit Jeruzalem (Hand.15:22) en door Paulus ook gezien werd als een gezondene of apostel (lees 1Thes.2:6 en 1Thes.1:1). Maar deze mensen waren toch niet in dezelfde bediening als de twaalf en Paulus.

Nu de vraag, zijn er vandaag nog wel apostelen?
Vandaag is er een  apostolische en profetische beweging op gang gekomen, die onderwijst dat er in deze laatste dagen weer nieuwe apostelen en ook profeten zijn opgestaan. Nu is er Bijbels gezien geen reden, om aan te nemen dat er vandaag geen apostelen en profeten zouden kunnen zijn, dus waarom niet. Alleen kunnen zij nooit dezelfde bevoegdheid hebben als de apostelen en profeten in de eerste christentijd. Want die apostelen en profeten hebben het fundament van de Gemeente eens en voor altijd mogen leggen en dit kan niet worden herhaald (1 Kor. 3:10-11). Of anders gezegd, wij mogen tot de dag van heden doorbouwen op wat zij ons in Gods Woord hebben nagelaten.

Toch is het niet uit te sluiten dat er ook nu mensen zijn met een apostolische en/of profetische roeping. Maar dit zijn dan wel mensen die op een bijzondere wijze van God de roeping hebben gekregen, om bijvoorbeeld een gebied in geestelijke zin open te breken, om daar gemeenten te planten. Het zijn meestal geen mensen die geroepen zijn voor één plaats alleen, zoals een voorganger en oudste. Hun bediening is meer algemeen bedoeld, d.w.z. om in verschillende gemeenten te dienen met onderwijs. Zonder dat er altijd ook sprake moet zijn van een leidinggevende taak.

Herkenbare tekenen van een apostel.
Waaraan kun je een apostel herkennen? Het is heel belangrijk om  te weten hoe we een apostel herkennen, als we hem tegenkomen. De Bijbel geeft ons duidelijke richtlijnen om ware apostelen te identificeren.  Er zijn dus beslist tekenen waaraan we een apostel kunnen herkennen.

  1. Paulus zegt tot de gemeente in Korinthe: …want het zegel (= bewijs) van mijn apostelschap zijt gij in de Here… (1 Kor. 9:2). Met andere woorden, Paulus heeft het werk mogen opbouwen door o.a. een stevig fundament te leggen. Hij heeft nooit de bedoeling gehad om daar voor altijd te blijven, maar om het werk na enige tijd weer los te laten. Dit is één van de tekenen van een apostolische bediening, namelijk om een nieuw werk op te bouwen totdat het op eigen benen kan staan.  Zo iemand dient de gemeente het meest door het werk op het juiste moment over te dragen aan andere bekwame mensen.
    De gemeente in Korinthe was het bewijs van Paulus apostolische roeping, maar zo waren er meer bewijzen. Bijvoorbeeld ook het werk wat Paulus heeft mogen doen in de gemeente te Efeze. Hij heeft er 3 jaar gearbeid om het daarna met veel pijn in het hart weer los te laten. Lees daarover in Hand.20, waar Paulus afscheid neemt van de oudsten van de gemeente.
  2. Ook zijn er bepaalde tekenen die altijd zichtbaar zijn rondom een apostolische bediening. Dat was ook weer in de gemeente te Korinthe: In 2 Kor.12:12 staat dat Paulus zegt “De tekenen van een apostel zijn onder u verricht, in al mijn volharding, in tekenen, wonderen en krachten”.
    – In de eerste plaats gaat het hier om karakter van een apostel, namelijk om volharding. Een Apostel zal de moed niet snel opgeven. Paulus hield nooit op met prediken, zelfs niet als hij te Lystra werd gestenigd (Hand.14:19) of wanneer hij met Silas in Filippi in de gevangenis werd gegooid (Hand.16).
    – In de tweede plaats was er altijd sprake van tekenen, wonderen en krachten. Een apostolische bediening wordt gekenmerkt door een bijzondere  openbaring van Gods kracht. Op die manier gebruikt God een apostel om geestelijk harde grond open te breken.
  3. Apostelen hebben vooral ook een vaderlijke bewogenheid voor een gemeente. Het is kenmerkend dat de apostel Petrus zichzelf ook een mede oudste noemt (1 Petr.5:1-4) en van Jezus die zelf een Apostel is (Hebr.3;1) zegt Petrus dat Hij de Opperherder is. Paulus was zo bewogen met de gemeenten die hij had gesticht dat hij zei ze op het hart te dragen. Paulus kon ook intens strijden in het gebed (lees Kol.2:1) voor hen. Zulke mensen kennen echt het vaderhart van God en ze zijn ook zelf geestelijke vaders geworden van de gemeenten die ze mogen dienen. Vanuit dat vader hart hebben ze ook meer vrijheid om dingen recht te zetten,  in het bijzonder als er sprake is van valse leringen, die afwijken van de Bijbel. Lees over Paulus vermaningen in de Galaten brief. Paulus schreef de gehele Galaten brief van uit een diepe onrust over de situatie, maar was soms ook behoorlijk fel tegen hen. Dit kon hij doen, omdat hij als een vader voor hen was.

Hier volgt een waarschuwing: jezelf apostel noemen.
In deze tijd zien we vaak te gemakkelijk dat mensen ‘zichzelf’ tot apostel benoemen. Nu is het altijd gevaarlijk als mensen van zichzelf iets gaan zeggen te zijn. In Rom.12:3 staat juist dat we niet naar hoge dingen moeten jagen. God is het die mensen aanstelt en niet wij. In de Bijbel lezen we over de roeping van bijvoorbeeld Aäron en dat niemand zich deze plaats kan toe-eigenen, het moet ons van God gegeven zijn.

Hebreeën 5 :4 en 5 zegt: “Niemand kan zich die waardigheid toe-eigenen, men wordt daartoe door God geroepen, zoals ook met Aäron gebeurde. Christus heeft zich de eer hogepriester te worden evenmin zelf verleend, dat deed degene die tegen hem zei: Jij bent mijn zoon, ik heb je vandaag verwekt.”

We zijn dus zeker geen dienaar van God op grond van onze eigen mening, maar op grond van Gods keuze die alleen zichtbaar kan worden door de tekenen van het apostelschap in onze bediening. Het is dus veel beter dat anderen dat opmerken, dan dat we er zelf mee te koop gaan lopen. Laten we niet vergeten dat we het ook nog gemakkelijk mis kunnen hebben en dan is het niets anders dan hoogmoed. Hierin zit ook weer een duidelijk verschil tussen de 12 apostelen en Paulus, die zelf op een bijzondere wijze door Jezus waren aangewezen als apostelen en die daarom wel het recht hadden om van zichzelf te zeggen een apostel van Jezus Christus te zijn (Gal. 1:1).

Mensen die zichzelf in deze tijd apostel durven te noemen moeten voorzichtig zijn. In Openb.2:2 staat dat Jezus de Efeze gemeente waarschuwt met de woorden “…die van zichzelf zeggen dat zij apostelen zijn, maar het niet zijn..”.  Laat ons ook beseffen dat er vanaf de tijd van het Nieuwe Testament, valse profeten en leraars waren, die claimden apostelen te zijn, maar Paulus wees hen af. Het is in onze tijd ook nog zo, dat mensen claimen apostel te zijn en men meent daardoor ook een bijzondere apostolische status en gezag te hebben, vergelijkbaar met de 12 apostelen.

Op basis hiervan zijn al grote fouten gemaakt, zoals het aankondigen van nieuwe openbaringen, die niet Bijbels te controleren zijn. Met als gevolg dat we mogelijk gaan bouwen op uitspraken van mensen. In de eindtijd zal dit nog grotere vormen aannemen, de Bijbel waarschuwt ons ook dat miljoenen misleidt zullen worden (Openb.13:14). Wees gewaarschuwd, leef dicht bij de bron, dat is de veiligste plek.

Misschien wilt u hierover napraten met ons, of u wilt gewoon uw verhaal anoniem aan ons kwijt, dat kan allemaal KLIK HIER.

Geplaatst in Bijbelstudies, geestelijk leiders, gemeente | Tags: , | 1 reactie

Leiders moeten mensen aan Jezus binden en niet aan zichzelf.

door Henk Herbold

Hoogmoed kan bij iedereen ongemerkt de kop opsteken, het zit als het ware in ons DNA. Zeg daarom nooit te snel van je zelf, helemaal niet hoogmoedig te zijn. Want meestal is het zo, dat degene die dat het hardste roepen juist hoogmoedig zijn. Laat het liever zo zijn dat anderen van ons zeggen dat we nederig zijn.

Dat geldt ook voor bedieningen en titels waar we menen recht op te hebben. Wees voorzichtig, het is beter als anderen van ons zeggen dat we een apostel, profeet, evangelist, herder of leraar zijn (Lees Efeze 4:11), dan dat we daar zelf mee te koop gaan lopen. Werkelijk geroepen dienaren van God hebben dat helemaal niet nodig, God zal hen Zelf bevestigen.

Als mensen ons gaan prijzen.
Vooral, als het ons als geestelijk leider goed gaat in onze bediening en mensen ons daarom beginnen te prijzen, moeten we waakzaam zijn. Als mensen regelmatig zeggen, dat we het zo goed doen en dat men door ons zo gezegend wordt, dan wordt het gevaarlijk. Mensen zien in ons het voorbeeld dat ze moeten navolgen. Natuurlijk is dat in eerste instantie fijn om te horen, maar toch moeten we beducht zijn voor de geest van hoogmoed en onze menselijke zwakheid. Uiteindelijk moeten mensen niet ons navolgen maar Jezus. Wij kunnen alleen maar wegwijzers zijn naar de Heer.

Paulus heeft geprofeteerd in 2 Tim.3:4, dat de mensen in de eindtijd ‘opgeblazen’ zullen zijn en dat geldt helaas niet alleen voor ongelovige mensen, maar ook voor christenen en zelfs voor geestelijk leiders. Overigens was het in Jezus dagen al niet veel anders onder Zijn discipelen, ook zij hadden last van de geest van hoogmoed, lees maar in Lukas 22. Jezus had net het Pascha met hen gevierd en daarbij de verbinding gemaakt naar Zijn lijden en sterven aan het kruis. Je zou zeggen een uitermate gevoelig moment en zeker niet het moment om te gaan twisten over wie de baas zou zijn. Tenzij je feitelijk horende doof bent en dat was nu precies het probleem. Lees speciaal vers 24- 27:
‘Er ontstond ook onenigheid onder hen over wie van hen geacht werd de belangrijkste te zijn. En Hij zei tegen hen: De koningen van de volken heersen over hen, en wie macht over hen hebben, worden weldoeners genoemd. Bij u echter moet dat zo niet zijn, maar de belangrijkste onder u moet als de jongste worden en wie leiding geeft als iemand die dient. Want wie is belangrijker: hij die aanligt of hij die bedient? Is het niet hij die aanligt? Ik echter ben in uw midden als Iemand Die dient’.

Vooral als mensen regelmatig zeggen dat je beter bent of meer gezalfd met de heilige Geest dan andere mededienstknechten van de Heer, dan wordt het oppassen. Feitelijk zouden we er dan beter aan doen, om anderen naar voren te schuiven en zelf een stapje terug te doen. Echt geestelijke mensen doen dat, het gaat immers niet om de eer van ons, maar om de eer van Jezus. Nog gevaarlijker wordt het echter, als we al die eer normaal gaan vinden en bewust of onbewust, voeding gaan geven aan deze vorm van mensen verering. Langzaam komt de gedachte dan bij ons binnen, dat het feitelijk gewoon klopt wat men zegt. Je zegt wellicht onbewust tegen jezelf ‘ik ben feitelijk wel erg goed en ik doe het ook beter dan de ander’.

Pronken met je bediening.
Ook in deze tijd zijn er dienaren van God, die pronken met ‘hun’ bediening en ‘hun’ gemeente. Ze vertellen anderen dat zij de zalving hebben en dat hun gemeente de beste is, ja, zelfs ver boven andere gemeenten verheven. In overmoed proberen ze anderen over te halen om juist ‘hun’ gemeente te bezoeken, ‘omdat daar de Geest werkt’, alsof de Geest niet zou werken in andere gemeente(n). Het gevolg is een vorm van zelfingenomenheid die lijkt op hoogmoed.

De zalving.
Neem nu de z.g. leer van de ‘impartatie’ van zalving, steeds meer mensen raken er mee bekend. Nog steeds is er een groeiend aantal predikers die menen op één of ander manier de bijzondere gave te hebben ontvangen om de zalving van de Geest over te brengen op anderen. De oorsprong is de z.g. Toronto Blessing uit de jaren 90, vele honderden geestelijk leiders zijn naar Toronto afgereisd om daar de zalving te gaan halen.

Die zalving neem je dan mee terug in het vliegtuig en als je in eigen gemeente andere mensen de handen oplegt, ontvangen zij het ook. Het wordt dus via handoplegging van de ene persoon op de andere persoon overgedragen.  Overigens wat een pech voor predikers die de zalving niet met het vliegtuig hebben kunnen halen, want die kunnen dat ook niet overbrengen op anderen. Het gevolg is vaak dat predikers die de zalving wel ontvangen hebben, van mening zijn op een hoger geestelijk niveau te zijn.

Het blijft natuurlijk wel apart dat God Zich kennelijk laat limiteren door een menselijke overdraging via het opleggen van handen, want zo lijkt het te werken. Zou het niet veel beter zijn als iedereen die naar een nieuwe zalving van de Geest verlangt, naar de bron Jezus gaat, die nog altijd de enige doper in de Heilige Geest is (lees Joh.1:33). Daar hoeven we echt niet voor naar een beroemde prediker. Mensen die dat wel beweren hebben last van hoogmoed.

Alleen in onze gemeente.
Sommige predikers onderwijzen de mensen wel dat je altijd zou moeten blijven in hun kerk of gemeente, want er is gewoon geen betere te vinden. Op zoek gaan naar een ander geestelijk thuis is in hun visie, altijd tegen de wil van God, om welke reden dan ook. Als men nog verder wil gaan, wordt er soms door die zelfde mensen ook nog geleerd, dat jouw geestelijke bestemming gebonden is aan die ene specifieke gemeente en dat je dus onherroepelijk geplant bent in de lokale gemeente van hun.

Maar feitelijk is dit niets anders dan een vorm van manipulatie, men wil mensen gewoon binden en gebruikt daarvoor soms oneigenlijke argumenten. God heeft alleen het recht ons te leiden, waarheen en wanneer we moeten gaan, of wellicht als we op een plaats moeten blijven. Geen gemeenteleider mag zich dat recht zelf toe-eigenen.

Het ergste is dat de persoon, het vaak niet eens door heeft. Die zal anderen eerder het verwijt maken dat zij jaloers zijn. Vooral geestelijke hoogmoed spant de kroon en kan zelfs zo ver gaan, dat Gods Woord gebruikt wordt om eigen dwalingen goed te praten. Hoogmoedige mensen accepteren geen correctie; ze weten alles beter. Als je bijvoorbeeld met ze praat hebben ze het voortdurend over zichzelf en hun eigen bediening of gemeente, men heeft geen of nauwelijks interesse in anderen. Ze zijn zelfs zó vastgeroest in hun hoogmoed, dat wie niet sterk is, minderwaardigheid wordt aangepraat.

Maar wat zegt de Bijbel?
Maar Bijbels gezien, moeten geestelijke leiders op de eerste plaats vol van Gods Geest zijn en niet van zichzelf. Pas dan zijn ze in staat een gemeente te gaan leiden op Gods manier. Geestelijk leiderschap met een bescheiden en dienstbare geest, zal er ook vanzelf toe leiden dat mensen gaan volgen, niet omdat men moet volgen, maar omdat ze aangetrokken worden. Oprechte nederigheid in geestelijk leiderschap is altijd aantrekkelijk. Mensen willen graag iemand volgen die een voorbeeld voor hen is in dienen. Paulus zegt het zo mooi: “Wees mijn navolgers, zoals ik het ben van Christus” (1 Korinthiërs 11:1).

De Heer Jezus gaf ons het goede voorbeeld tijdens Zijn leven op aarde. Hij was het toonbeeld van nederigheid. Alles wat Hij deed, was erop gericht de Vader te verheerlijken en het welzijn van anderen te bevorderen. Het grootste voorbeeld van nederigheid dat Hij ons gaf, vinden wij in Joh.13. De Heer der heren knielde daar neer en wies de voeten van al Zijn discipelen. Ja, zelfs de voeten van Petrus, die Hem verloochenen zou en van Judas, die Hem verraden zou.

En ja, de Heer Jezus werd ook zelf bediend, denk maar aan Martha, de zuster van Maria (Lucas 10: 38-42), maar toch… Hij zocht dat nooit tijdens Zijn leven hier op aarde. Zijn hartsverlangen was toch altijd om te dienen en om zo een voorbeeld voor ons te kunnen zijn. Lees maar in Marcus 10:45 ‘Want ook de Zoon des mensen is niet gekomen om gediend te worden, maar om te dienen, en Zijn ziel te geven als losprijs voor velen’.

De Heer is zelfs zo ver gegaan, dat Hij Zijn goddelijks heerlijkheid, had afgelegd om in de gestalte van een dienstknecht op aarde te komen en ons te verzoenen met God, de Vader. Met alleen de wil van God, de Vader en het belang van de mensheid voor ogen, ging Hij door de diepste diepten van eenzaamheid en ellende. Daarom heeft de Vader Hem ook uitermate verhoogd en Hem de Naam boven alle naam gegeven (Filip.2:9).

Jezus was en is ons voor een voorbeeld in dienend leiderschap, zowel voor leidinggevenden onderling als ook ten opzichte van de gemeenteleden. De apostel Petrus schreef hierover het volgende:

‘Hoed Gods kudde waarvoor u de verantwoordelijkheid hebt, houd goed toezicht – niet gedwongen maar vrijwillig, zoals God dat wil, en niet om er zelf beter van te worden maar met belangeloze toewijding. Stel u niet heerszuchtig op tegenover de kudde die aan u is toevertrouwd, maar geef het goede voorbeeld.’ (1 Petrus 5:2-3)

Hoogmoedig leiderschap Dienend leiderschap
Niet corrigeerbaar Geeft fouten gemakkelijk toe
Trekt taken naar zich toe Delegeert gemakkelijk naar anderen
Beroept zich op positie en roeping Altijd bereid om de minste te zijn
Bij verschillen: luistert niet Staat altijd open voor gesprek
Zoekt contact in eigen kring Staat open voor iedereen
Wil alleen zelf leiding geven Wil verantwoordelijkheden delen
Niet traceerbaar, schimmig Transparant en open

Het is beslist belangrijk om onszelf af en toe te onderzoeken, opdat elke wortel van hoogmoed bijtijds uitgerukt wordt. Want de Bijbel zegt in Jakobus 4:6 ‘God wederstaat de hoogmoedigen, maar de nederigen geeft Hij genade.’

Kritiek op geestelijk leiders.
De impact van foutief leiderschap is groot en daarom is het onze plicht, om als geestelijk leider binnen de gemeente open te staan voor opbouwende kritiek, mits het komt van iemand, die te kennen heeft gegeven mee te willen bouwen aan de bediening.

Een goed leider binnen de gemeente staat open voor zelfreflectie en erkend zo nodig ook zijn fouten. Niet alle kritiek is ook hetzelfde als rebellie tegen gezag. Het ligt er maar aan uit welke bron de opmerkingen komen. Als de bron bitter is en vol ergenis, dan zullen onze woorden ook bitter zijn en vol ergenis. Maar dat is duidelijk anders als we vol liefde zijn voor de leider en de gemeente. Een geestelijk leider moet instaat zijn dat van elkaar te onderscheiden.

We mogen zeker niet onze leiders ongenuanceerd aanvallen, dat lezen we in 1 Thes.5:12, 13 en 1 Tim. 5:19-20. Het zijn ook mensen die onze steun en bemoediging nodig hebben. We mogen ze wel in liefde beoordelen, zo nodig corrigeren en aanspreken. Want zoals wij corrigeerbaar moeten zijn, moeten de leiders binnen de gemeente dit ook zijn.

Napraten of opmerkingen maken: KLIK HIER. U krijgt altijd antwoord.

Geplaatst in geestelijk leiders, Hoogmoed | Tags: , | Een reactie plaatsen

Christenvervolging in Nederland is toch mogelijk.

door Henk Herbold

Er vinden in ons land nog geen dingen plaats die op christenvervolging kunnen wijzen, tenminste als we het vergelijken met wat er in sommige andere landen gebeurd. Met name in Islamitische landen worden christenen pas echt vervolgd vanwege hun geloof.  In ons land komt bijna geen vervolging voor, zoals medegelovigen die gemarteld worden of gevangen gezet worden en hun leven niet zeker zijn als ze voor hun geloof uitkomen.

In Nederland merken we hooguit dat christenen wat beperkt worden in de uiting van hun geloof. Bijvoorbeeld,  soms heb je een beroep dat je als christen prima zou kunnen uitvoeren, maar waarin ook dingen van je gevraagd worden die je als christen liever niet doe, omdat ze je absoluut tegenstaan. Bijvoorbeeld een trouwambtenaar die vanwege zijn christelijk geloof geen homo huwelijken wil sluiten. Dan ontstaat er weerstand en dat zou je een soort van vervolging kunnen noemen. Toch wil ik benadrukken dat Nederland nog steeds een land van vrijheden is, alleen… voor hoe lang nog?

Jaar op jaar staat de zogenaamde vrijheid van Godsdienstonderwijs aan onze kinderen op christelijk scholen, onder druk. Onlangs kwam onze minister van onderwijs zelfs in conflict met de regering en het parlement. Omdat hij weigerde reformatorische scholen te verbieden, om ouders van leerlingen te vragen een verklaring te ondertekenen wanneer ze aangeven te geloven in het Bijbels standpunt m.b.t. het huwelijk. Daarbij werd expliciet aangegeven dat men homofilie als levensvorm afwees. Alhoewel verschillende malen werd aangegeven dat het slechts gaat om een geloofsovertuiging en niet om het daadwerkelijk uitsluiten van kinderen, was er geen begrip voor deze uitleg.  Er is zelfs een poging gedaan om de minister strafrechtelijk te vervolgen.

Er is zogenaamd vrijheid van meningsuiting en vrijheid van Godsdienst, maar als je tegenwoordig niet politiek correct spreekt, kom je mogelijk in de beklaagdenbank. Christenen werden in de eerste eeuwen ook vijanden van het volk genoemd, omdat ze dingen zondig noemde die de samenleving gewoon vond.

Hier volgt nog een recent voorbeeld.
Ik schrok er erg van, aanvankelijk dacht ik dat ik het verkeerd begrepen had. Maar nee, ik had het goed begrepen, burgemeester Halsema van Amsterdam had onlangs (2020) een ernstig gesprek met een evangelie gemeente in de stad, vanwege hun homo standpunt. Was er een probleem dan? Nee feitelijk niet. Ze weigeren beslist geen homofiele mensen de toegang tot hun samenkomsten of activiteiten. Ze mogen nu en in de toekomst, gewoon binnenkomen en deelnemen, net als ieder ander. Het probleem was gewoon dat de evangelie gemeente, het niet eens was met hun homofiele levenswijze en men wilde gewoon het recht blijven houden, om dat zo nodig tegen ze te zeggen. Je kan het ook gewoon vrijheid van meningsuiting noemen. De burgemeester meende echter dat dit toch niet kon en in strijd was met de antidiscriminatie wet en zo ‘pingpong’ je maar heen en weer.

Het is zeer waarschijnlijk dat dit te maken heeft met de vele homo en lesbische organisaties, in met name een stad als Amsterdam. De burgemeester vertolkt waarschijnlijk het standpunt van deze organisaties. Maar, het is ook niet onmogelijk dat dit het begin is van openlijk verzet tegen christenen ‘die willen vasthouden aan de Bijbel’, met name als het gaat om zaken als het homo standpunt.

Ik denk echt dat de tijd dichterbij komt, dat het wettelijk verboden wordt in Nederland, om te prediken over sommige gedeelten uit de Bijbel, zoals Rom.1:26. Het gaat dus bij voorkeur om teksten, waarin God openlijk homofilie afwijst en waarin het zelfs een gruwel in Gods ogen wordt genoemd. Men zegt, dat kan niet meer in deze tijd.

Christenvervolging.
Christenen worden op dit moment in veel landen op extreme wijze vervolgd vanwege hun geloof, het gaat naar schatting om ongeveer 245 miljoen mensen (info – Opendoors). Als je dat vergelijkt met de situatie in ons eigen land, dan mogen we gelukkig God nog danken. Heel veel dingen die elders niet kunnen, zijn hier nog mogelijk. Tegelijk moeten we ons niet slaap laten sussen met de gedachten dat christen vervolging  in ons land nagenoeg onmogelijk zou zijn.

In Gods Woord lezen we heel duidelijk dat vervolging een vast onderdeel is van het volgen van Jezus. Niet voor een enkeling, maar voor iedere christen. Neem bijvoorbeeld wat Paulus schrijft in één van zijn brieven: “En ook allen die godvruchtig willen leven in Christus Jezus, zullen vervolgd worden ”(2 Timotheüs 3:12). En wat dacht je van de woorden van Jezus zelf tegen zijn discipelen: “Een slaaf is niet meer dan zijn heer. Als ze Mij vervolgd hebben, zullen ze ook u vervolgen ”(Johannes 15:20).

In ieder geval, Jezus profeteerde in Mat.24:9 ook over een tijd van vervolging. Hij zegt letterlijk tot Zijn discipelen: ‘Dan zullen zij u overleveren aan verdrukking en zij zullen u doden, en gij zult door alle volken gehaat worden om vanwege mijn naam’.

Jezus zegt dat we door alle volkeren gehaat zullen worden. In vele landen van de wereld is het nu al gaande dat christenen gehaat worden. Maar in Mat.24:10 heeft Jezus het zelfs over mensen die elkaar zullen overleveren en haten. Je kunt je afvragen, waarom zouden mensen, elkaar zo gaan haten, dat ze elkaar gaan overleveren aan een vijandige overheid en waarvoor. Ik heb er lang over nagedacht en ik dacht, het kan toch niet zo zijn dat men ons alleen zal vervolgen, omdat we in God en in Jezus geloven. Nee, het gaat verder. Er is denk ik maar één antwoord op is. De wereld om ons heen en helaas ook sommige kerken, zullen ons gaan haten, omdat willen vasthouden aan de waarheid van de Bijbel. Want velen zullen steeds meer gaan inleveren en ook bereid zijn om toe te geven, als het bijvoorbeeld gaat om het homo standpunt van de Bijbel. Mensen die ondanks alles vasthouden aan de Bijbel, komen in de minderheid en zullen extreem genoemd gaan worden, te radicaal en uiteindelijk gehaat worden.

En geloof mij, het kan het snel gaan. Ik denk dat de tijd nu al is dat christenen niet zo maar voor het vak van onderwijzer kunnen gaan studeren en het is nog niet zover, maar ook voor een verplegend beroep zal het in de toekomst moeilijker worden. Je komt waarschijnlijk gewoon niet meer in aanmerking voor deze functies. Het zal niet meteen zo’n vaart lopen, maar het is niet helemaal ondenkbaar dat ook hier christenen in de gevangenis moeten of een taakstraf en/of boete krijgen vanwege hun overtuiging.

Anne van der Bijl, oprichter van Open Doors, waarschuwde jaren geleden al: ‘Het is niet de vraag of er vervolging komt in Nederland maar wanneer het komt.’

De gender-revolutie.
De belangrijkste oorzaak die uiteindelijk zal leiden naar vervolging, is het zogenaamde gelijkheidsprincipe wat men in de z.g. antidiscriminatie wet wil vastleggen. We beseffen nog niet ten volle, hoever dit proces al gevorderd is, maar het is al heel ver.

Het gaat om het stap voor stap afbreken van de eigen identiteit van mannen en vrouwen. Speciaal als het gaat om van oudsher traditionele vormen, zoals het seksuele gedrag van mannen en vrouwen en de sociale verhoudingen in maatschappij, huwelijk en gezin. Zo ook het beleid van de EU is erop gericht, dat de verschillen tussen mannen en vrouwen zoveel als mogelijk moeten verdwijnen. Het gelijk willen zijn van mannen en vrouwen heeft er o.a. toe geleid dat het begrip sekse, wat gewoon het biologische geslacht aangeeft, nu vervangen wordt door het begrip gender. Men wil met het begrip gender benadrukken dat vooral iedere seksuele gerichtheid: heteroseksueel, homoseksueel, lesbisch, biseksueel en transseksueel, gelijkwaardig is voor onze regering en ook door ons (de maatschappij) moet worden aanvaard.

Het doel is uiteindelijk om een nieuwe mens te scheppen, die de vrijheid heeft zijn seksuele identiteit onafhankelijk van zijn biologische geslacht te kiezen en te beleven. Het seksuele verschil tussen man en vrouw, zoals in de oorsprong door de Schepper bedoeld,  wordt niet meer als van deze tijd beschouwd. Maar in diepste wezen gaat het om een strijd tegen God en de Bijbel, men wil vrij zijn. Deze ideologie is feitelijk bezig een soort nieuwe “religie” te worden, die  straks vanuit onze overheid iedere burger wordt opgelegd.

Dit z.g. gelijkheidsprincipe past bij de manier van denken waarin de menselijke behoeften en gevoelens de bron van moraal zijn. Dus, goed is wat goed voelt. Waarheid is wat mensen zelf vinden en niet wat God zegt in de Bijbel. In wezen wordt de mens als een maakbaar product gezien. De genderideologie gaat heel ver: zij is een regelrechte ontkenning van de werkelijkheid dat God de mens mannelijk en vrouwelijk heeft geschapen.  Vergeet het niet, het is een leugen van satan.

Strategie van satan.
Let goed op, want het gaat geruisloos en het z.g. gelijkheidsprincipe dringt vast en zeker ook binnen in kerken en in evangelie gemeenten, maar ook bij universiteiten, scholen en… is zelfs de kleuterscholen binnengedrongen. Vooral via het onderwijs worden de kinderen al vroeg gewend geraakt aan deze nieuwe opvattingen. In het onderwijs en in de academische wereld en is  deze revolutie zeker niet zonder resultaat.

Iedereen die tegen deze nieuwe ideologie is, wordt discriminatie, racisme en domheid verweten, er rust daarom gewoon een taboe op het geven van kritiek. Deze strijd om gelijkheid wordt ook slim voorgesteld als: een strijd voor vrijheid, tolerantie en mensenrechten en… wie kan daar nu tegen zijn. En het grote wapen dat men in de strijd gebruikt, is de antidiscriminatiewet.

Deze wet gaat dwars door gezinnen, kerken, families en evangelie gemeenten.  Mensen willen liever niet nadenken over deze dingen en dat geldt ook vaak voor christenen. We laten ons liever in slaap sussen door politici die ons verzekeren dat het wel mee zal vallen.

Vervolging in Nederland is dichterbij dan menigeen denkt. Langzaam maar zeker zullen steeds meer christelijke kerken en gemeente, toegeven aan het zogenaamde gelijkheidsprincipe. Degene  die zich dan nog vast klemt aan het Woord van God wacht mogelijk vervolging. Jezus heeft om die reden gezegd, ‘Wie volhardt tot het einde…’ (Mat.24:13).

Misschien wil je hierop reageren, dat kan: KLIK HIER

Geplaatst in Actueel, Eindtijd, vervolging | Tags: | Een reactie plaatsen

Genderneutraal, is tegen Gods scheppingsorde.

door Henk Herbold

Genderneutraliteit betekent dat men geen onderscheid meer wil maken tussen mannen en vrouwen. Men wijst daarbij vrouwelijke of manlijke eigenschappen volledig af, ze worden gewoon ontkent of neergezet als discriminerend gedrag als je daar toch over spreekt.  Er is een verschil, er zijn mensen die fysiek gezien gewoon man of vrouw zijn, maar men zegt zich zo niet te voelen. In dat geval vind men kennelijk dat het gevoel leidend moeten zijn. Bij hoge uitzondering zijn er ook mensen waarbij het fysiek echt niet duidelijk is vast te stellen of men man of vrouw is.

In ieder geval is bij de over grote meerderheid van de mensheid, gewoon sprake van vrouwelijke of manlijke lichamelijke kenmerken. Maar toch ziet onze regering genoeg redenen, om het z.g. genderneutraal paspoort in te voeren. Men zegt dat het meer zou passen bij de geest van deze tijd. Maar men wil nog veel verder gaan, namelijk naar een genderneutrale maatschappij. In feite bestaat die genderneutraliteit gewoon niet. Niemand is helemaal genderneutraal, want bijna elk mens heeft kenmerken waaruit zijn of haar geslacht duidelijk wordt, dat te blijven ontkennen gebeurt tegen beter weten in.

Jezus heeft het als volgt gezegd in Mattheus 19:4 “Hij antwoordde en zei: Hebt je niet gelezen, dat de Schepper de mens van den beginne als man en vrouw heeft gemaakt?”

Het is in deze tijd van groot belang dat we in de kerk of evangelie gemeente de Bijbelse waarheid blijven verkondigen, met betrekking tot actuele zaken als: genderneutraliteit, homofilie, huwelijk en seksualiteit in het algemeen. De wereld om ons heen doet het ook, onze kinderen worden op jonge leeftijd al besmet met het wereldse denken over seksualiteit. Feitelijk was het beter als we de wereld voor waren en onze kinderen eerst vanuit de Bijbel, onderwijs hierover gaven. Als we ons dit goed realiseren dan wordt tegelijk duidelijk hoe belangrijk kinder-, tiener- en jeugd- leiders(sters) zijn in de gemeente. Nee, het is niet alleen gezellig bezig zijn met de kinderen. Leiders hebben de verantwoordelijkheid om hen bij Jezus te brengen en vooral, om een tegenwicht te zijn tegen al het onheilige en on-Bijbelse wat ze buiten en op school horen. Misschien moet er wel aangepast materiaal komen voor kinderen, om deze dingen eenvoudig uit te leggen. Mijn gebed is dat er zulke mensen zullen opstaan, die vervuld zijn met Gods Geest en wijsheid van God hiervoor ontvangen hebben.

Ik zou ook geestelijk leiders willen oproepen om tijdens Bijbelstudie avonden, jeugd bijeenkomsten etc., deze onderwerpen gewoon aan de orde te stellen, de Bijbel daarbij te openen en de mensen voor te houden, wat zegt de Bijbel? Laat ons vooral niet vergeten in de eindtijd te leven. Dat wil zeggen, de tijd waarvan de Bijbel voorspelt, dat de put van de afgrond (plaats waar demonen verblijven), open zal gaan, om mensen te besmetten met zonden en de vele leugens van satan. (Openbaring 9:1, 1 Timotheüs 4;1, 2 Timotheüs 3;1)

Waar komt genderneutraliteit vandaan?
Er zijn steeds meer mensen die “denken” niet volledig man of vrouw te zijn. Vooral onder de zogenaamde LHTB’s (lesbisch, homoseksueel, biseksueel, transgender, interseksueel) pleit men voor een gender neutrale wereld, d.w.z. men wil zelfs niet meer als man of vrouw aangesproken worden of ingedeeld worden. Je bent dus niet langer een hij of zij, maar een ‘het’ (= onzijdig). Bijvoorbeeld, de NS is daar inmiddels al mee begonnen, door reizigers niet meer aan te spreken met ‘dames en heren’, maar met ‘beste reizigers’. Natuurlijk is dit voorlopig nog geen probleem, maar dit is wel nog maar een begin, het gaat nog heel veel verder.

Voorstanders van een genderneutrale maatschappij, roepen dat er ook veranderingen komen in speelgoed, tijdschriften, kleding, beroepskeuze, scholing en sportverenigingen en nog veel meer. Ook bijvoorbeeld de sekse registratie bij geboorte zou moeten verdwijnen. Je kunt het allemaal samenvatten onder de zogenaamde gender-revolutie of het gelijkheidsprincipe en de overheid werkt hier ijverig aan mee. Zelfs een aantal  zogenaamde christelijke partijen, gaan hierin mee en persoonlijk vind ik dat onbegrijpelijk.

Gezien vanuit het standpunt van de Bijbel is er echter geen compromis mogelijk, zelfs niet als dit in de toekomst voor christenen gevolgen zou hebben, voor de verhoudingen binnen onze samenleving. Maar daarvoor moet je wel het karakter hebben van mensen uit de Bijbel zoals Kaleb, Daniël, Johannes de doper, Stefanus, Paulus etc., die weigerden om compromissen te sluiten. Voor veel mensen lijkt het allemaal onschuldig, maar dat is het niet en er komt nog veel meer. Dit is slechts een van de vele maatregelen waarmee op dit moment deze ideologie aan ons wordt opgedrongen.

De gender-revolutie.
Het zogenaamde gelijkheidsprincipe is bezig om de wereld in haar greep te krijgen. We beseffen echter nog niet, hoever dit proces al gevorderd is, dat alles heeft ook te maken met de zogenaamde gender-revolutie.

Wat bedoel ik? Het gaat om het stap voor stap afbreken van de eigen identiteit van mannen en vrouwen. Speciaal als het gaat om van oudsher traditionele vormen, zoals het seksuele gedrag van mannen en vrouwen en de sociale verhoudingen in maatschappij, huwelijk en gezin. Zo ook het beleid van de EU is erop gericht, dat de verschillen tussen mannen en vrouwen zoveel als mogelijk moeten verdwijnen. Het gelijk willen zijn van mannen en vrouwen heeft er o.a. toe geleid dat het begrip sekse, wat gewoon het biologische geslacht aangeeft, nu vervangen wordt door het begrip gender. Men wil met het begrip gender benadrukken dat vooral iedere seksuele gerichtheid: heteroseksueel, homoseksueel, lesbisch, biseksueel en transseksueel, gelijkwaardig is voor onze regering en ook door ons (de maatschappij) moet worden aanvaard.

Het doel is uiteindelijk om een nieuwe mens te scheppen, die de vrijheid heeft zijn seksuele identiteit onafhankelijk van zijn biologische geslacht te kiezen en te beleven. Het seksuele verschil tussen man en vrouw, zoals in de oorsprong door de Schepper bedoeld,  wordt niet meer als van deze tijd beschouwd. Maar in diepste wezen gaat het om een strijd tegen God en de Bijbel, men wil vrij zijn. Deze ideologie is feitelijk bezig een soort nieuwe “religie” te worden, die  straks vanuit onze overheid iedere burger wordt opgelegd.

De genderrevolutie past bij de manier van denken waarin de menselijke behoeften en gevoelens de bron van moraal zijn. Dus, goed is wat goed voelt. Waarheid is wat mensen zelf vinden en niet wat God zegt in de Bijbel. In wezen wordt de mens als een maakbaar product gezien. De genderideologie gaat heel ver: zij is een regelrechte ontkenning van de werkelijkheid dat God de mens mannelijk en vrouwelijk heeft geschapen.  Vergeet het niet, het is een leugen van satan.

Strategie van satan.
Let goed op, want het gaat geruisloos, de zogenaamde gender revolutie dringt ook binnen in kerken, evangelie gemeenten, universiteiten, scholen en is zelfs de kleuterscholen binnengedrongen. Vooral via het onderwijs worden de kinderen al vroeg gewend geraakt aan deze nieuwe opvattingen. In het onderwijs en in de academische wereld en is  deze revolutie zeker niet zonder resultaat.

Iedereen die tegen deze nieuwe ideologie is, wordt discriminatie, racisme en domheid verweten, er rust daarom gewoon een taboe op het geven van kritiek. Deze strijd om gelijkheid wordt ook slim voorgesteld als: een strijd voor vrijheid, tolerantie en mensenrechten en… wie kan daar nu tegen zijn. En het grote wapen dat men in de strijd gebruikt, is o.a. de antidiscriminatiewet.

Zelfs onze jongste kinderen.
Zelfs voor groep 1 en 2 van de basisschool heeft men nu een programma om de gendertypering te doorbreken. Jawel, onze 4 en 5 jarige kinderen in ons land, krijgen er op de scholen mee te maken. Want ook deze kleine kinderen lijden(?), volgens de minister  (2019), aan het “genderstereotypen”. De minister schakelt daarom nu het onderwijs in om het z.g.  ‘genderstereotypering’ bij kinderen te doorbreken’.

In Nederland zijn we verplicht om onze kinderen vanaf 5 jaar naar school te sturen en dus is er geen ontsnappen aan de z.g.  lhbt-propaganda, wat nu wordt verplicht op de scholen. Men zegt nu, jongeren moeten feministisch gestuurd worden in hun beroepskeuze. Daarom moeten o.a. schoolboeken herschreven worden. Die bevatten namelijk ook veel traditionele geslachtsrollen en dat vindt de minister fout. Dit zal naar verwachting een geweldig effect hebben op onze kinderen.

En de verwarring kan nog verder.
Ook neemt het aantal mensen toe dat van geslacht wil veranderen, de zogenaamde transgenders. De geslachtsverandering is al lange tijd, tot op zekere hoogte mogelijk, maar toch kan nog lang niet alles. Zo blijft het nog onmogelijk dat een man die omgebouwd is tot vrouw, ook zwanger zou worden en kinderen baren. Het is dus nog steeds noodzakelijk om een draagmoeder erbij te betrekken, die het kind baart. Reden genoeg om weer meer kostbaar onderzoek te doen, want men vindt dat alles wat we tegenwoordig willen, moet ook mogelijk zijn.

Mensen die denken dat ze in het verkeerde lichaam zijn geboren, geloven dus dat God bij de conceptie, een fout heeft gemaakt en dit is onmogelijk. Transgender en Transseksualisme is daarom absoluut een leugen van satan.

In Jeremia 1:5 zegt God tot de profeet: “…voordat Ik u in de moederschoot vormde, heb Ik u gekend; voordat u uit de baarmoeder naar buiten kwam, heb Ik u geheiligd”.

Mijn geslacht, als man of vrouw, maakt deel uit van mijn identiteit, dus hoe God mij gedacht heeft te maken. Als dit Gods plan voor mijn leven is, kan het niet zomaar door mensen veranderd worden. Misschien wel uiterlijk, maar niet innerlijk. Want net zoals een vis niet omgezet kan worden in een vogel, kan een man niet in een vrouw worden veranderd, of omgekeerd, omdat ons geslacht een fundamenteel aspect is van hoe we door God geschapen zijn.

Maar satan is beslist de oorzaak van gender verwarring. Door de zonde worstelen mensen met allerlei mentale, emotionele, fysieke en seksuele gebrokenheid. De wereld is vol misbruik, geweld, angst, onwetendheid, ziekte, armoede en verslaving. En dit alles wordt aangevuurd door de duivel, die Jezus ‘leugenaar en vader van de leugens’ noemde (Johannes 8:44). Maar Jezus maakt vrij.

Misschien heb je hulp nodig, of wil je anoniem je verhaal kwijt. Dat kan, je krijgt altijd antwoord: KLIK HIER.

Geplaatst in Genderneutraal, lhbt-mensen | Tags: | Een reactie plaatsen

Omgaan met verschillen van inzicht in een gemeente, is belangrijk.

Door Henk Herbold

Inleiding.
Het oplossen van interne conflicten in een evangelie gemeente, kost vaak een heleboel energie, terwijl een goed resultaat lang niet altijd zeker is. Het probleem is dat de hulpvraag meestal komt, nadat men zelf al allerlei wegen heeft bewandeld om het probleem op te lossen en vaak zonder resultaat. Het gevolg is dan dat de standpunten zich gaan verharden en heel vaak heeft dit al tot gevolg dat mensen gaan weglopen uit de gemeente. Niet zelden zijn ook leidinggevenden niet bereid om de minste te zijn. Het is dan de vraag wat er nog mogelijk is om het probleem op te lossen en soms is dat ook niet meer dan een poging, om de schade in ieder geval zoveel mogelijk te beperken.

Nu is het feitelijk niet abnormaal dat er verschillen van inzicht en zelfs conflicten zijn in een gemeente. Waar zoveel mensen samenkomen van verschillende achtergronden en zelfs culturen, ontstaan soms wrijvingen. Het is normaal in de wereld om ons heen en ook in de gemeente van de Heer, want christenen zijn ook gewoon mensen. De gemeente bestaat over het algemeen, uit zeer verschillende mensen: zoals ouderen en jongeren, kwetsbare mensen of dominante mensen, mensen die beschadigingen hebben opgelopen in het leven, mensen die succes hebben in hun leven of mensen die het maatschappelijk niet goed gaat, mensen die eenzaam zijn of mensen die dat juist niet zijn,…. en zo kunnen we nog even doorgaan.

Vanwege al die verschillen kunnen meningsverschillen of zelfs misverstanden gemakkelijk ontstaan. Dat is gewoon menselijk. Het is allemaal niet zo erg, zolang er op tijd goed mee omgegaan wordt. Maar helaas worden conflicten soms niet uitgepraat en het gevolg is een verlies aan vertrouwen en verbondenheid: tussen leden onderling, of tussen leden en leidinggevenden, of zelfs tussen leidinggevenden onderling.

Nu ervaren sommige christenen elke onenigheid bij voorbaat als een nederlaag en daar wil men liever niet mee geconfronteerd worden. Daarom veegt men heel wat zaken liever onder de mat en slikt men een heleboel frustraties in ‘voor de lieve vrede’ want we zijn toch christenen we moeten lief zijn voor elkaar en we mogen vooral geen conflicten hebben. Tot het toch niet meer ingehouden kan worden en dan explodeert men en is er in veel gevallen niets meer te redden, met grote schade aan de gemeente. Dit is absoluut nooit wat God wil, maar Hij wil juist het negatieve gebruiken in Zijn plan met ons.

God werkt ook aan ons karakter.
God wil namelijk de verschillen die we met elkaar hebben, gebruiken om aan ons karakter te werken. Nu verandert God je karakter niet door je met een toverstokje aan te raken, waardoor je ineens een verbeterd karakter krijgt. Nee, het is een proces van verandering en daarvoor gebruikt God alles wat op onze weg komt, zelfs het ogenschijnlijk negatieve. (Rom.8:28)

“..En wij weten dat voor hen die God liefhebben, alle dingen meewerken ten goede..”

Doordat we zo verschillend zijn, leren we juist van elkaar, schuren we ons a.h.w. aan elkaar glad, zodat we de heerlijkheid van God en dus het karakter van Jezus, steeds meer gaan weerspiegelen. Dat schuren is hard nodig, maar soms ook erg moeilijk en pijnlijk. En God gebruikt daarvoor ook de onderlinge conflicten die we hebben.

Van alle tijden.
Laten we vooral niet denken dat conflicten alleen maar van deze tijd zijn, we lezen er ook over in de Bijbel en met name in de brieven die apostel Paulus schreef aan de verschillende gemeenten die onder zijn hoede waren. Het waren wel wat andere kwesties als waar wij vandaag mee te maken hebben, maar toch kunnen ze minstens zoveel problemen gegeven hebben. We lezen o.a. over: het wel of niet eten en drinken van voedsel dat in tempels van de afgoden geweest zou zijn of over de plicht de Joodse sabbat te vieren of over de noodzaak van de Joodse besnijdenis voor christenen. Over dit laatste heeft de apostel zelfs een brief gewijd, namelijk de brief aan de Galaten. Er waren ook onder de apostelen in de eerste christengemeente conflicten, denk maar aan het meningsverschil toen Petrus in het huis van de Romeinse hoofdman Cornelius geweest was. Men kon maar niet begrijpen dat de heilige Geest ook was uitgestort over de heidenen (Lees Hand. 10 en 11). En wat dacht u van het conflict (er staat verbittering) wat ontstond tussen Barnabas en Paulus, toen Barnabas ook Marcus wilde meenemen op een zendingsreis en Paulus daar niet van gediend was (Lees Hand.15:39).

Verschillen van inzicht zijn eigenlijk normaal, zowel in de wereld om ons heen als ook onder christenen. Hoe lastig deze meningsverschillen ook zijn, ze worden pas schadelijk voor ons persoonlijk en mogelijk voor de gemeente waartoe we behoren, wanneer ze uitlopen op persoonlijke conflicten en veroordelingen. Immers, daardoor kunnen we niet meer functioneren in het lichaam van Christus (de gemeente), samen heilig Avondmaal vieren, samen bidden en evenmin samen werken voor God. En helaas,…. het constructief of opbouwend omgaan met verschillen en geschillen in de gemeente is lang niet iedereen gegeven is. Kennelijk zit er soms ook in christenen een stuk weerbarstigheid die ons steeds weer parten speelt en die zelfs een destructieve onenigheid kan veroorzaken. Waardoor men zich a.h.w. ingraaft en stelling neemt tegen die ander die in onze optiek het conflict veroorzaakt.

Elkaar aanvaarden.
Daar staat tegenover dat de apostel Paulus ons iets anders leert. Het antwoord van Paulus aan de gemeenten van nu zou vast en zeker zijn, wat hij ook aan de gemeente te Rome schreef (Rom. 15:7), namelijk “Aanvaard elkaar tot eer van God, zoals Christus ons aanvaard heeft”.

Hieruit kunnen we het volgende leren:

– Ook al zijn er verschillen en zijn we het ernstig oneens met elkaar, toch is het onze opdracht elkaar te aanvaarden als kinderen van dezelfde Vader. Dat houdt o.a. in, liefhebben, vooral veel vergeven, accepteren, barmhartig zijn en heel erg geduldig. Natuurlijk hebben we de Heer daarvoor nodig. Maar mits we echt willen en er om bidden zal de Heer ons ook altijd te hulp komen.

– Ons voorbeeld is altijd de wijze zoals God met ons handelt, want er staat “aanvaard elkaar, zoals Christus ons aanvaard heeft”. Dit is in wezen hetzelfde wat Jezus aan Zijn discipelen heeft gezegd over de liefde (lees Joh.15:12), “Mijn gebod is, dat jullie elkaar liefhebben, zoals Ik jullie heb liefgehad.” De Heer heeft ons lief, ondanks onze ontrouw, onze fouten, onze ongehoorzaamheid. De Heer keurt het niet goed, maar we mogen hoe dan ook Zijn kind zijn. Jezus heeft ons niet aanvaardt, omdat wij zulke goede en aardige mensen zijn, maar… ondanks het feit dat we dat nogal eens juist niet zijn. Hij aanvaardt en bemint ons zoals we zijn, dus mét al onze zwakheden, gebreken en mislukkingen. Nogmaals, Hij keurt die niet goed, maar schrijft ons er evenmin om af. In dat licht behoren we ook elkaar lief te hebben in de gemeente van de Heer en te aanvaarden ongeacht de fouten en verschillen die er zijn.

– Elkaar lief hebben betekent juist helemaal niet dat we elkaar eerst aardig of sympathiek moeten te vinden (al mag dat natuurlijk best), maar dat we elkaar hoogachten in plaats van elkaar minachten, elkaar accepteren in plaats van elkaar afwijzen, elkaar opbouwen in plaats van elkaar afbreken. Met elkaar rekening houden in plaats van met elkaar afrekenen, elkaar ruimte geven in plaats van elkaar klemzetten. Elkaar vasthouden in plaats van elkaar loslaten, elkaar vergeven in plaats van elkaar vergelden, elkaar erkennen in plaats van elkaar miskennen, elkaar niet negeren of doodzwijgen, maar goed met en over elkaar praten. Alleen door elkaar zo te aanvaarden (of lief te hebben), kunnen we met elkaar leven tot eer van God.

Omgaan met verschillen
Leren omgaan met verschillen en geschillen die er Zijn in een gemeente, is een moeilijke opgave en vraagt om inzet van iedereen en ook veel gebed. Het heeft heel veel te maken met onze geestelijk groei, hoe sterker we worden (geestelijk gesproken), hoe meer we ook verdragen kunnen (Lees Rom.15:1). Bovendien moeten we beseffen dat satan er op uit is de gemeente van Christus zo veel mogelijk te verscheuren. Want hoe meer de gemeente als Jezus lichaam op aarde verdeeld raakt, des te minder zal zij aan Gods bedoeling (zout der aarde en licht der wereld) kunnen beantwoorden (Mattheüs 5:13-16).

Laat u niet door de tegenstander gebruiken om schade aan te richten aan het werk van God.

Conflicten die niet worden opgelost.
Wanneer conflicten onoplosbaar lijken, omdat vergeving en verzoening uitblijft, dan is dit een blokkade voor het werk van de heilige Geest in de gemeente. Natuurlijk, in een gemeenschap met zoveel verschillende mensen zijn ook conflicten. De gemeente is één grote familie met diverse karakters en ook… natuurlijk met buitenbeentjes. Maar ondanks die verschillen vormt het een sterk gezin waar we elkaar liefhebben en elkaar verdragen, zelfs als het moeilijk is (Rom.15:1). Dat alles is mogelijk door de kracht van het evangelie.

De kracht van het Evangelie, moet dus altijd leiden tot verzoening en vergeving. Maar soms lijken conflicten toch onoplosbaar te zijn, doordat mensen halsstarrig vasthouden aan hun eigen visie en standpunt. Men is dan niet bereid om gehoor te geven aan de oproep van het evangelie om de minste te zijn en desnoods geen gelijk te hebben. Vooral als de leiding van de gemeente daarin niet voorgaat, is de gemeente op een gevaarlijke weg. Gods Geest kan in zo’n gemeenschap zeker niet werken en we zijn zelfs een prooi van de demonen (Mat.18:34).

Hier volgen adviezen die ons helpen bij conflicten:

  • Handel niet te snel maar bidt er eerst voor (Jac.1:19). Soms kunnen we in boosheid dingen zeggen waar we later spijt van hebben. Daarbij komt dat emoties maken dat we de dingen soms niet helder meer zien. Vraag de Heer om een zuiver inzicht.

  • Probeer u in gedachten te verplaatsen in de ander. Hoe komt het dat die persoon zo boos reageert? Veel conflicten ontstaan als gevolg van misverstanden en dat moeten we voorkomen.

  • Blaas de dingen niet extra op (denk aan de blak en de splinter uit Mat.7:3-5). De duivel doet er alles aan om de dingen ernstiger en groter de te maken dan ze in werkelijkheid zijn. Een kleine ergernis kan gemakkelijk uitgroeien tot een enorme berg waar we niet meer overheen kunnen. Dat is zeker niet wat God wil.

  • Wees altijd bereid tot een gesprek. Ga een gesprek nooit uit de weg vanwege boosheid, want daarmee geven we de duivel de gelegenheid om ons verkeerde gedachten in te fluisteren. Daarnaast geven we de ander ook geen gelegenheid zijn visie op de zaak te geven. Wees bereid om ook naar de ander te luisteren.

  • Houdt u bij de feiten. Vermijd verwijten en haal er niet allerlei zaken uit het verleden bij die er niets mee te maken hebben. Sommige christenen lijken een soort archief te bewaren, omdat ze vooral hun gelijk willen aantonen. Doe dat nooit, het werkt niet en geeft alleen de duivel de gelegenheid het probleem op te blazen (Lees 1 Kor.5:16).

  • Buig een beetje mee. Wees niet te halsstarrig in je eigen standpunt, maar kijk waar je elkaar mogelijk in tegemoet kan komen. Wees zo nodig bereid om de minste te zijn. (Filip.2:3)

  • Geef het gewoon toe als je fout zit. Laat je niet leiden door angst voor gezichtsverlies want dat is hoogmoed. Weet je zeker dat je boosheid terecht is? Of past een grootmoedig: ‘Je hebt gelijk.’ je beter?

  • Kom je er toch niet uit? Praat eens met iemand met wijsheid en die vervuld is met de heilige Geest. Wees bereid om je eigen standpunt bij te stellen als blijkt dat je toch fout zit.

Wilt u napraten, of uw verhaal anoniem aan ons kwijt? Dat kan: KLIK HIER

Meer studies? Zie: www.evangelisch-nieuws.nl

Geplaatst in Actueel, conflict, Conflicten, geestelijk leiders, gemeente | Tags: | Een reactie plaatsen

Pornografie is zonde en een verslaving. Hoe kom je daar vanaf?

Het neemt steeds grotere vormen aan. Wij krijgen berichten binnen van mensen die worstelen met pornografie en andere seksuele verslavingen. Het is beslist verontrustend, want het neemt in de laatste jaren steeds meer toe.

De gevolgen zijn verschrikkelijk. Relaties, huwelijken en gezinnen dreigen vaak kapot te gaan door de verslaving aan dergelijke seksuele zonden. Maar ook de bediening van geestelijk leiders kan er aan ten gronde gaan.  Als je wilt kun je ons om gebed en advies vragen. Het voordeel is natuurlijk dat je dan anoniem kan blijven en je met het advies ook weer kan doen wat je wilt.

Ook leiders worden aangevallen.
De duivel zal er alles aan doen om de gemeente van Jezus Christus onderuit te halen. Hij begint daarvoor bij de leiders, omdat hij weet dat als de leider faalt, heeft dit een schadelijk effect op de gemeente. Leiders moeten een model zijn voor de gemeente, wat zij doen zal altijd invloed uitoefenen op de gemeente. Onreine demonen vallen daarom juist degene aan waar de mensen naar op kijken, zij zijn het voorbeeld voor de gemeente en dat betekent dat als zij falen de gemeente wordt beschadigd. Maar een geestelijk leider is natuurlijk ook een gewoon mens die worstelt met dezelfde problemen als ieder ander gemeentelid, ze hebben dezelfde strijd te strijden als iedereen. Leiderschap maakt een mens niet immuun, maar juist kwetsbaarder. Maar, de druk is wel groter, de geestelijke strijd intenser, de belangen ook groter.

Het is beslist goed om de overwinnende boodschap van de Bijbel te lezen en je eigen te maken, b.v. Romeinen hoofdstuk 8, maar… laten we vooral niet vergeten dat er nog meer in de Bijbel staat. Bijvoorbeeld in het hoofdstuk daarvoor te lezen hoe zwak Paulus zich soms ook voelde, dus hoofdstuk 7:21-25. Hij zegt het gewoon eerlijk en gelukkig maar, want dat helpt ons. Daar zegt hij het volgende:

“Zo vind ik dan deze regel: als ik het goede wens te doen, is het kwade bij mij aanwezig; want naar de inwendige mens verlustig ik mij in de wet Gods, maar in mijn leden zie ik een andere wet, die strijd voert tegen de wet van mijn verstand en mij tot krijgsgevangene maakt van de wet der zonde, die in mijn leden is. Ik, ellendig mens! Wie zal mij verlossen uit het lichaam dezes doods? God zij dank door Jezus Christus, onze Here!”

Hier geeft Paulus gewoon aan dat ook hij nog zwak kan zijn en dat er zelfs strijd geleverd wordt in zijn binnenste. Wat wij allemaal nodig hebben is genade van God elke dag opnieuw, vergeving, rust en vertrouwen dat Hij het in ons leven kan doen. Het is veel beter eerlijk te zijn tegen God, tegen elkaar in de gemeente, in je huwelijk, in je gezin. Want dan hebben we ook gelegenheid om voor elkaar te bidden en vooral naast elkaar te gaan staan en niet elkaar te veroordelen omdat we nog niet volmaakt genoeg zijn, want we verschillen feitelijk nauwelijks, al lijkt het aan de buitenkant soms zo.

Satan richt al zijn pijlen op een leider.
Daarom voor geestelijk leiders geldt in het bijzonder dat, alleen door in een nauwe relatie met Jezus te leven, kunnen we aan dat demonen-leger ontkomen. In de huidige tijd heeft men steeds meer moeite, als we het hebben over demonen die ons aanvallen, omdat we zo graag alles met ons verstand willen uitleggen en dit is iets wat ongrijpbaar voor ons is. Maar als we de Bijbel lezen dan wordt ons duidelijk dat voor de Heer Jezus boze geesten een realiteit waren. Hij wordt zelfs verzocht door de satan persoonlijk (Matt. 4:1-11 ) en we lezen ook dat boze geesten verschrikkelijke dingen deden met mensen (Marc. 5:2-5 ).

Laten we er niet omheen draaien, pornografie is zonde.
Laten we de zonde ook nooit goed praten. Er is altijd genade en vergeving bij God, maar Hij accepteert seksuele zonden niet en het is beslist een belemmering in onze relatie met de Heer. Daarbij komt dat een dienaar van God niet zomaar door kan gaan in zijn of haar bediening, terwijl er nog sprake is van dergelijke bewuste zonde. God wil dat het werk van God gedragen wordt door geheiligde mannen en vrouwen. Porno staat de uitwerking van Gods plan met uw bediening en roeping in de weg. Ongehoorzaamheid aan God belemmert zijn plan met uw leven. Een boom die zijn wortels uitslaat naar giftig water, zal ziek worden. Een verziekte boom zal geen goede vruchten dragen. God heeft u geroepen om een boom te zijn, die zijn wortels uitslaat naar zuiver water, zodat u een gezonde, sterke boom bent. Kies ervoor om een zuiver kanaal van God te zijn, alleen dan kan Hij een machtig mooi plan met uw leven vervullen. Als we ons overgegeven aan pornografie, dan plegen we Bijbels gezien zelfs overspel. De oudtestamentische wet leert dat het verkeerd is seksuele omgang te hebben met een ander dan de eigen man of vrouw (Ex. 20:14). Maar Jezus leert ons ook dat het verlangen, de gedachte alleen al, naar seks met een andere man of vrouw al verkeerd en dus zondig is (Matt. 5:27-28). Jezus benadrukt dus dat als de daad verkeerd is, ook al het voornemen tot die daad verkeerd is. Want ook hiervoor geldt, voorkomen is beter dan genezen. Wanneer je je man of vrouw dus lichamelijk wel trouw bent, maar geestelijk niet trouw bent, breek je feitelijk al het vertrouwen af dat zo essentieel is voor een hecht huwelijk. Heel vaak weten partners in het huwelijk van elkaar, dat er iets mis is. Je weet het soms niet concreet te benoemen, maar je voelt het, omdat dergelijke zonde ook met een geestelijke strijd te maken hebben.

Inderdaad, Jezus gaat veel verder dan veel mensen vandaag. Hij zegt dat ‘vreemd gaan’ vaak al begint met onze ogen. De manier waarop iemand naar een andere man of vrouw kijkt kan al het begin van overspel zijn. Vooral wanneer men in gedachten toegeeft aan fantasieën over een relatie met die andere man of vrouw. Het is dus veel minder onschuldig als het lijkt en zeker geen spel.

Pornografie is altijd verslavend.
Pornografie en andere seksuele zonden hebben een sterk verslavend effect op de mens, die vergelijkbaar is met drugs. Sommigen mensen maken zich wijs het zelf te kunnen beheersen en dat het daarom voor hun feitelijk niet verslavend hoeft te zijn, maar dat is een fabeltje en fabeltjes zijn verhaaltjes die gewoon niet waar zijn. We vergeten dan vaak dat achter elke onreine zonde een onreine demon staat en als die je eenmaal in zijn greep heeft, is het moeilijk om er nog weerstand aan te bieden, u bent immers zijn gevangene geworden. Vooral als u steeds weer in deze zonde vervalt, ondanks het verlangen om ermee te stoppen, dan heeft u er gewoon geen controle meer over en u bent dus verslaaft. Door dit gewoon toe te geven is de eerste stap gezet in de richting van bevrijding.

U heeft dus altijd Gods hulp erbij nodig, want het is een feit dat het onmogelijk is om er in eigen kracht van af te komen. Het is zelfs zo dat God niet kan werken om u te bevrijden, als u nog steeds bezig blijft om de zonde geheim te houden en zelf te proberen die te overwinnen. Het is altijd beter om tevoorschijn te komen, God om vergeving om bevrijding te vragen en vooral eerlijk te zijn tegen de mensen om u heen, ook dat is je vernederen, maar God zal ons weer verhogen, als we eerst maar diep willen buigen. Wat zegt de Bijbel: “Vernedert u dan onder de machtige hand Gods, opdat Hij u zal verhogen te zijner tijd. Werpt al uw bekommernis op Hem, want Hij zorgt voor u.” (I Petrus 5:6-7).

Een vertrouwenspersoon.
Geestelijke leiding geven is een grote verantwoordelijkheid. Of dat nu aan een kleine of grote groep is, het principe blijft hetzelfde. Daarom moet de leider als eerste een oor ontwikkelen om naar God te luisteren. Maar hij moet ook leren om te luisteren naar andere leiders en zelfs naar hen aan wie hij leiding geeft.

Het is absoluut belangrijk om als geestelijk leider een vertrouwenspersoon of personen te hebben. In feite heeft iedere leider iemand (of meerdere personen) nodig voor gebed, advies, bevestiging en ondersteuning. We kunnen het niet alleen, we hebben ook raadgevers nodig, mensen die ons af en toe een spiegel kunnen voorhouden, maar die ook onze roeping en bediening bevestigen. Om die reden heeft God de gemeente ingesteld, we zijn samen lichaam van Christus en niet één persoon alleen.

We kunnen wel zeggen door God geroepen te zijn, maar bevestiging is ook nodig, doordat anderen die ook vervuld zijn met de Heilige Geest, dit ook zo zien. Op dezelfde manier werd b.v. ook de roeping van de profeet Samuel door heel Israël erkend (1 Samuël 3:19). Paulus had ook mensen om hem heen in zijn bediening, lees maar eens de lijst met namen die hij opnoemt in bijvoorbeeld Rom. 16.

Dit wordt natuurlijk extra belangrijk als we in zonde vallen. Dan heeft u zeker iemand nodig waar tegen u open en eerlijk alles kunt opbiechten, om daarna samen naar de Heer te gaan en de zonde te belijden (Jak. 5:16). We hebben dan bevrijding nodig van onreine demonen die ons binden en waardoor we steeds weer in dezelfde zonde vallen. Zo’n vertrouwenspersoon die met ons bidt, moet daarom iemand zijn die vervuld is met de heilige Geest en geestelijke onderscheiding bezit. Zorg er in dit geval wel voor dat zo’n vertrouwenspersoon iemand is van je eigen sekse.

Natuurlijk, het is goed te begrijpen, dat het erg zwaar is om zo’n geheim aan iemand anders toe te vertrouwen. Toch is het noodzakelijk. God eist meer van herders (niet minder) en Hij houdt hen zelfs meer verantwoordelijk. Vraag God u te leiden in de keuze van een vertrouwenspersoon. Verneder u, als u tenminste echt genezen wil.

Koning David zondigde diep, hij viel in overspel. Ook dat was een gevolg van porno, want hij zag Bathseba die aan het baden was (2 Sam.11:2). De zonde van David wordt soms als excuus gebruikt omdat hij koning bleef in Israël, ondanks zijn falen. Maar laten we niet vergeten hij vernederde zich wel voor God en beleed zijn schuld (Psalm 55), hij verborg zijn zonde niet en God was hem genadig. . 

Wanneer je nu denkt verslaafd te zijn aan porno en je leest dit artikel, mail ons dan gerust. Heel vaak hebben mensen die met ons contact opnamen hun probleem nog nooit aan niemand durven te vertellen. Bij ons kun je gewoon anoniem blijven en je verhaal is bij ons beslist veilig.

Als je denkt vast te zitten in een seksuele verslaving, willen we je graag wat advies geven die ook anderen hebben geholpen op de weg naar bevrijding. Hier volgen al vast wat aanwijzingen.

1.Erken je zonde, wees eerlijk tegenover je zelf.
Als er een seksuele verslaving is in je leven, dan is de eerste stap naar bevrijding om het gewoon toe te geven en het niet goed te praten.

Hoe weet je nu dat je verslaafd bent? Wel als je steeds weer in dezelfde seksuele zonde vervalt, ondanks dat je verlangt om ermee te stoppen, dan heb je er geen controle meer over en ben je dus verslaafd. Je zit aan de ketting en je hebt bevrijding nodig.

Vraag jezelf het volgende eens af: Fantaseer ik vaak over seks? Bezoek ik regelmatig, pornosites op internet? Misschien bekruipt je vaak de gedachte dat je dit eigenlijk helemaal niet wil. Het liefst zou je er mee stoppen. Als je dit patroon in je leven herkent, moet je op dit moment aan de noodrem trekken. Je hebt te maken met onreine demonen die bezig zijn je meer en meer in hun macht te krijgen.

Seksuele verslavingen komen nooit zomaar uit de lucht vallen. We zitten niet opeens middenin zo’n gebondenheid; we zetten de deur daar altijd zelf naar toe open. Heel vaak is het een lang proces in ons leven, waarin we ons steeds verder voor de zonde openstellen. Op het moment dat we dan daadwerkelijk in de verleiding komen, is het moeilijk om nee te zeggen. Erken dus dat het zo is en draai er niet meer omheen, want dat is de eerste stap in de richting van bevrijding.

2.Wees ook open en eerlijk naar anderen.
Ofschoon het begrijpelijk is dat je je schaamt voor de zonde waar je in beland bent, moet je hierdoor niet in de val lopen van de satan, die die schaamte misbruikt als een wapen om je in de val te lokken. Stiekeme dingen doen is een van de grootste vijanden van een Christen, terwijl juist het belijden van je zonde vrijheid kan brengen en bevrijding uit de slavernij van een groot schaamtegevoel. Mensen die in de bediening staan, doen er het beste aan om eerlijk te zijn tegenover de gemeente die men dient.

In een betrouwbare relatie kies je een vertrouwenspersoon, waar je open en eerlijk tegen kunt zijn over je verslaving. Natuurlijk is het te prefereren dat je een discreet persoon uitzoekt met een zekere mate van geestelijke volwassenheid, iemand die met Christus wandelt en een pastorale en niet veroordelende geest bezit, iemand die ook met je kan bidden. Als je zelf namelijk niet door gebed vrij kan komen van demonen, dan hebben we hulp nodig van iemand die vervuld met de heilige Geest en demonen met autoriteit kan gebieden los te laten. Er is in ieder geval altijd bevrijding mogelijk, want satan is overwonnen op het kruis door Jezus. Zodra we in geloof weerstand bieden zal hij moeten vertrekken. De Bijbel zegt in Jac.4:7 “..biedt weerstand aan de duivel en hij zal van u vlieden”.

3. Belijd je zonden.
De derde stap is om je zonde voor God te belijden en de strijd aan te gaan, uiteraard met de hulp van de Heer. Bidt de Heer om kracht, geloof dat Hij je gaat helpen en handel er ook naar. Ga in ieder geval niet zitten afwachten of God iets gaat doen, maar biedt weerstand aan de zonde.

Feitelijk bent je in een geestelijke strijd gewikkeld, maar laat de duivel met zijn demonen het niet winnen in je leven. Demonen komen binnen in ons leven doordat wij de zonde eerst zelf toelaten. Daarmee openen we de deur voor satan. Daarom zegt de Bijbel ook dat we radicaal moeten breken met zonde. Jezus zegt het zo: ‘En indien uw oog u tot zonde verleidt, trekt het uit, en werpt het van u! Het is u beter, maar één oog hebbende, tot het leven in te gaan, dan twee ogen hebbende, in het helse vuur geworpen te worden.’ (Mat. 18:9).

Natuurlijk is dit geestelijk bedoeld, namelijk ‘wees radicaal als het gaat om zonden’. Onze plicht is niet alleen om de verleiding te weerstaan, maar nog beter is om er van weg te rennen. Als je op dieet bent, moet je geen bakkerij binnenstappen. Als je seksueel rein wilt blijven, blijf dan weg van tijdschriftrekken, videowinkels, advertenties, websites met onreine inhoud. Ga niet naar mensen of plaatsen die jou tot zondige begeerten zullen prikkelen. ‘Vlucht weg van seksuele onreinheid!’ (1 Kor. 6:18). Als jouw internetaansluiting de aanleiding is om telkens weer pornografie te bekijken, moet je er een filter op zetten of anders internet van je computer halen en je abonnement opzeggen.

Een verandering in je gewoonten kan wonderen doen om je uit de verleidingen te houden. Bijvoorbeeld, als je het meest in de verleiding kom als je achter je computer zit, nadat je vrouw naar bed gegaan is, neem dan het besluit om in die tijd bij de computer vandaan te blijven.

Behoed uw hart boven al wat er te bewaren is (Spreuken 4:23). Laat de demonische wereld je gedachten leven niet beïnvloeden (Ef. 6:12-20). Als je je overgeeft aan zondige fantasieën en het najagen van genot, word je er een slaaf van (Rom. 6:16).

We moeten onreine gedachten daadwerkelijk afweren, anders zetten we de deur open voor onreine demonen. Vroeg of laat leggen ze beslag op ons leven en zijn we slaven geworden. Het overkomt ons echter niet vanzelf, we laten het altijd zelf gebeuren.

Natuurlijk kunnen we niet alle seksuele prikkels vermijden, maar we kunnen wel voorkomen dat ze wortel gaan schieten. De sleutel daartoe is dat we onze harten en gedachten richten op dat wat goddelijk en rein is en de zonden afwijzen. Daarin moeten we radicaal zijn. Vraag Jezus om je te helpen een leven van reinheid te gaan leiden. Geef toe dat je deze verslaving niet zelf kunt overwinnen in je eigen kracht, maar dat je Gods kracht daarbij nodig hebt.

Misschien heb je nog meer advies nodig, mail ons gerust, je krijgt altijd antwoord: KLIK HIER

Geplaatst in Uncategorized | Een reactie plaatsen

Over onderdanigheid en wie is feitelijk de baas in ons huwelijk.

door Henk Herbold

Hoe het begon.
In tegenstelling tot wat veel mensen zeggen, is het huwelijk niet iets dat mensen hebben bedacht. Natuurlijk waren de omstandigheden bij het eerste huwelijk in de Bijbel, van Adam en Eva, niet hetzelfde als in deze tijd. Er was geen burgerlijke stand, geen bevolkingsregister waarin je als gehuwd werd geregistreerd, geen trouwambtenaar. Maar in plaats daarvan was God de trouwambtenaar, Hij sloot zelf het huwelijk en registreerde het ook in de hemel. Ook vandaag worden er nog huwelijken geregistreerd in de hemel. (Lees meer: www.christelijk-huwelijk.nl)

In Efeze 5:22-24 schrijft de apostel Paulus uitgebreid over gehuwden. Daar valt voor het eerst op dat hij ook spreekt over de ‘onderdanigheid’ van de vrouw t.a.v. haar man. Toch is het opmerkelijk dat juist bij de instelling van het huwelijk in Genesis 2:24 de onderdanigheid van de vrouw helemaal geen onderwerp is. Je leest daar alleen dat de man zijn ouders moet verlaten en dat hij zich moet hechten aan zijn vrouw en dat die twee één vlees worden.

In de tien geboden wordt later wel gesproken over huwelijkse trouw, maar ook daar staat niets over onderdanigheid. In Spreuken 31 staat van alles over de ideale vrouw, maar weer helemaal niets over onderdanigheid. En zelfs in de Bergrede spreekt Jezus over het huwelijk en benadrukt ook dat een man zijn vrouw niet zomaar mag wegsturen, alleen bij overspel en ook dat een man die een andere vrouw begeert, een vorm van overspel pleegt. Maar Jezus heeft het weer niet over onderdanigheid. Ook zegt Jezus nergens in de evangeliën dat vrouwen onderdanig moeten zijn, in de zin dat ze op de tweede plaats komen. Integendeel, Hij schuift ze juist naar voren. Vrouwen diende ook Jezus, de eerste die Jezus na Zijn opstanding ontmoette was een vrouw, namelijk Maria. Zij was ook de eerste die de opdracht kreeg om de boodschap van Zijn opstanding te verkondigen.

Wat is onderdanigheid?
Wat heeft Paulus in Efeze 5 dan bedoeld met onderdanigheid? Het betekent zeker niet dat een vrouw alleen maar ‘ja’ moet zeggen en de man dus in alles z’n zin moet geven. Het is niet normaal als een vrouw op geen enkele manier een eigen mening mag hebben en als een soort robot door het huis heen loopt, of een slaaf van de man is.

Als het goed is vorm je als man en vrouw juist steeds meer een ‘team’ in het huwelijk, waarin geen sprake is van competitie maar juist van gelijkwaardigheid, je wordt samen één. Onderdanigheid kan nooit betekenen dat de vrouw de man naar de ogen moet kijken en hem altijd gelijk moet geven. De man is ook zeker niet ‘meer’ als zijn vrouw in Gods ogen. In 1 Kor.11:11 staat: ‘En toch in de Here is evenmin de vrouw zonder de man iets als de man zonder de vrouw’. In Gal.3:26-28 lezen we dat voor God man en vrouw gelijk zijn.

Wat betekent die onderdanigheid waar Paulus het over heeft dan wel? Het heeft te maken met het verschil in verantwoordelijkheid voor God. Het betekent dat niet de vrouw maar de man in de eerste plaats de verantwoording draagt voor zijn gezin ‘ten aanzien van God’. Zo heeft God dat dus bedoeld. In die zin, de man is geroepen om zijn gezin als de priester in huis te leiden vooral in het geestelijke, dus het gezamenlijk gebed, het lezen van de Bijbel, het gaan naar de samenkomsten, het onderwijzen van zijn gezin. Bijbels gezien mag hij verwachten dat zijn vrouw in de eerste plaats hem in die taak zal steunen. In ieder geval is dit een grote verantwoording die hij niet kan afschuiven op zijn vrouw. (Efeze 5:26, 27 en 29). Helaas gebeurd dat ook en in dat geval moet de vrouw wel aanvullen waar hij in te kort schiet, maar dat is niet zo door God bedoeld.

Belangrijk is ook om vers 21 van Efeze 5 te lezen. Daar begint Paulus voorafgaande aan zijn les over het huwelijk, om te zeggen: ‘Weest elkaar onderdanig in de vreze van Christus’, dus wij allemaal, ongeacht man of vrouw worden aangemoedigd om elkaar te dienen of te helpen. De vraag voor gehuwden is dus niet, hoe kan ik het meest aan mijn trek komen in het huwelijk, maar hoe kan ik die ander helpen om gelukkig te worden. Het aparte van echte liefde is nu, dat naarmate we die ander gelukkiger zien worden, we zelf ook gelukkig worden. Het heeft dus met elkaar te maken en het straalt zelfs af op onze omgeving. Vandaar ook dat Paulus in Efeze 5 vrijwel direct overstapt van het ‘elkaar onderdanig wezen in het huwelijk’ naar hoe dat wordt uitgewerkt in het gezin tussen ouders en kinderen.

Paulus heeft dus beslist iets anders bedoeld als slaafse gehoorzaamheid aan elkaar. Het principe ‘weest elkaar onderdanig in de vreze van Christus’, betekent dat je respect voor elkaar hebt en dat je in principe de bereidheid hebt om de ander te dienen indien nodig. Anders gezegd, we moeten niet meer onszelf in het centrum plaatsen, maar de ander. Dit staat haaks op een egoïstische levenshouding wat juist de grootste bedreiging is voor ons huwelijk.

Ik-gerichte levenshouding
We kunnen rustig zeggen dat egoïsme vaak het grote, fundamentele probleem is bij een disfunctionerende relatie en de vijand is in elk huwelijk. Onderdanigheid in de betekenis van respect en dienstbaarheid, staat daar lijnrecht tegenover. Deze uitleg van vooral, wederzijdse dienstbaarheid aan elkaar, is erg moeilijk en soms onmogelijk te begrijpen voor mensen die de Heer Jezus niet kennen en/of de gezindheid van Jezus missen (Filip.2:5).

Omdat het denken in de wereld om ons heen, meestal te veel gericht is op het eigen belang. Jezelf aan een andere persoon geven, je rechten opgeven voor een ander, je eigen verlangens opzij schuiven zodat de verlangens van een ander gerealiseerd worden; dat doet niemand instinctief, dus vanzelf. Er is niets onnatuurlijker dan dat! Het is misschien wel vrijwel onmogelijk, behalve als de Geest van God dit in je leven doet en je helpt om een niet ik-gericht leven te hebben in je huwelijk.

Onderdanig naar elkaar, betekent dus dat je de controle verliest over je eigen leven en je gaat richten op wat je samen hebt. Als je je huwelijk tot een succes wilt maken zul je dus bij heel veel beslissingen, wensen en verlangens in de eerste plaats rekening moeten gaan houden met de ander. Deze vorm van onderdanigheid is wel de basis van een gelukkig huwelijk.

Mijn vrouw en ik hebben in de loop van jaren met honderden echtparen gesproken die relatie problemen hadden. Onze ervaring is dat de weg tot herstel vaak is, om te leren iets te gaan doen aan de ik-gerichte levenshouding. Je wordt feitelijk pas gelukkig als je de ander gelukkig kan maken. Dit vraagt een totaal andere manier van denken die alleen God ons kan geven. Zulke huwelijken zullen altijd slagen, want wanneer het fundament goed is zal het huis wat erop gebouwd wordt stevig staan, het kan zelfs tegen de stormen.

Let op: je huwelijk wordt getest in de storm, want pas dan zal blijken wat onze liefde en belofte van trouw aan elkaar en aan God waard is geweest.

Misschien wilt u er over doorpraten, dat kan, u krijgt altijd antwoord: KLIK HIER.

Geplaatst in Huwelijk | Tags: | Een reactie plaatsen

Een geestelijk leider moet waken over zijn huwelijk.

Dit onderwerp komt voort uit de vele pastorale adviezen, die we door de jaren heen hebben mogen geven.

Als de bediening van een voorganger z’n een huwelijk bedreigt, gaat er iets grondig mis. Je kunt wel zeggen, als het daar mis gaat, dan gaat het op veel meer terreinen mis. Ook dit is waar. Men kan zich zo laten meeslepen in alle activiteiten die er zijn, dat er geen andere zaken meer meetellen, zelfs zijn huwelijk en gezin moet hem te vaak missen. Vaak heeft hij zelf het idee dat hij feitelijk onmisbaar is en dat het dus noodzakelijk is dat hij altijd aanwezig is. Niemand kan het werk zo goed als hij. Waarschijnlijk ervaart hij het zelf als gedrevenheid, of passie, maar feitelijk heeft hij zijn bediening tot een afgod gemaakt en dit is een groot gevaar.

Aan de andere kant weten ook uit ervaring, dat men in de gemeente van de leiders soms te hoge verwachtingen heeft, die men dan achteraf niet waar kan maken. Niet zelden raken leiders overbelast, ontstaat er stress, met als gevolg lichamelijk klachten en uiteindelijk een burn-out. Als de taken die we denken te moeten doen en verantwoordelijkheden die we op ons nemen teveel worden, dan is het heel vaak een leven met veel stress en spanning. Nog erger wordt het als er ook spanningen komen in het huwelijk, want die hebben directe gevolgen voor de bediening.

Uit de vele verhalen die we hoorden, tijdens pastorale gesprekken.
Een voorbeeld: samen zijn zij de leiders in een gemeente en moeten ze vooral het voorbeeld van het “christelijk huwelijk” zijn. Hij is steeds enthousiast over de vele open deuren die hij krijgt in de bediening. Hij is gedreven en zijn toewijding aan God neemt toe. Maar hij heeft niet in de gaten wat er met zijn vrouw en gezin aan het gebeuren is, hij ziet niet dat ze steeds verder wegdrijven van hem.

Zijn vrouw is vooral veel alleen met de kinderen en… alleen met zichzelf. Natuurlijk, ze praat met haar man, eerst kalm en vriendelijk, later sterker, krachtiger: “Ik heb je nodig. Ik heb er behoefte aan dat je me ziet, dat je naar me luistert en dat je voor me zorgt, dat je me helpt met de kinderen. Je zegt dat je van me houdt, maar het wordt steeds moeilijker om dat te geloven, want je geeft je tijd en je hart aan alles en iedereen, behalve aan mij.”

Maar hij blijft volhouden. Want het is zijn roeping, hij doet het voor God. Maar tegelijk is er een groeiende tegenstrijdigheid tussen zijn verheven onderricht in de gemeente over de Bijbel, over het christelijk huwelijk en de dagelijkse praktijk.

Van haar roeping als de ondersteunende vrouw van de christelijke leider, blijft alleen nog maar een vage schim over. In hun relatie is ze nu zo ver dat ze hem op geen enkele manier nog kan bemoedigen, laat staan dat ze de dingen werkelijk zouden kunnen delen vanuit een gedeelde toewijding. Ze gaat steeds negatiever denken over de bediening van haar man. Aanvankelijk ontkent ze dit, maar ten slotte erkent ze het feit: zijn bediening is haar vijand geworden. En aangezien in haar gedachten, God in die bediening van haar man is en dus aan de kant van haar geestelijke man staat, wordt ook Hij geleidelijk haar vijand.

Kijk naar jezelf.
Het is altijd goed om kritisch naar onszelf te kijken, of wat nog beter is, vraag het anderen die om je heen staan en van je houden. Wat moeten we ons afvragen: Is de basis van ons dienen van God wel gezond, gaat het werkelijk om de Heer, dus onze liefde voor Jezus, of zit er ook nog iets van onszelf bij. In tegenstelling tot wat we soms denken is God dienen niet altijd één op één synchroon met heel veel activiteiten. Een Bijbels voorbeeld is wel Jezus woorden tot de Efeze gemeente in Openbaring 2:1-7. Daar zegt de Heer tot hen dat ze wel heel erg ijverig waren, maar toch miste Hij de eerste liefde en dat is niets anders dan een diep verlangen naar een relatie met God.

Feitelijk moet dit de basis zijn van elke dienaar van God, een dagelijkse intensieve omgang met Jezus, doormiddel van gebed, aanbidding en een intense studie van het Woord van God. Leiders die geen tijd nemen voor gebed zullen vroeg of laat door de duivel omver geblazen worden. Ze missen de kracht van de heilige Geest die ons onaantastbaar maakt voor duistere machten. Nu bidden we als voorgangers allemaal wel, onze openbare gebeden zijn vaak indrukwekkend, vol hele volzinnen. We hebben nu eenmaal geleerd mooie woorden te gebruiken. Maar hoe is het thuis, in de binnenkamer, als niemand ons ziet? De echte test is ons gebedsleven daar, als we alleen met God zijn. Onze intimiteit met God is ook het kwaliteitsmerk van onze bediening. Met andere woorden, onze publieke gebeden kunnen een uiterlijk optreden zijn, zonder leven. Onze persoonlijke relatie met God bepaalt of wij echt zijn, bewust van onze afhankelijkheidsrelatie met God. (Lees voor uw zelf Mat. 6 eens na)

De plaats van ons huwelijk en gezin.
Daarnaast, welke plaats heeft ons huwelijk en gezin in verhouding tot het werk van God. Wanneer u voorganger of gemeenteleider bent, dan hebt u niet alleen een verantwoordelijkheid voor uw gemeente of bediening, maar in de eerste plaats voor uw gezin. Uit heel veel pastorale gesprekken blijkt dat veel vrouwen van leiders zitten met het gevoel dat zij wat het gezin betreft, de kar alleen moeten trekken. Soms moeten ze zelfs geestelijke verantwoordelijkheid nemen voor iets waarin hun man feitelijk een stap zou moeten zetten. De man is door God immers aangesteld als de priester in zijn huis en dit geldt dubbel voor geestelijk leiders, omdat die een voorbeeld moeten zijn in de gemeente en dus ook voor zijn gezin (1 Kor.11:3 en Efeze 5;23). Veel vrouwen verlangen naar geestelijke intimiteit, intens gebed, samen strijden voor de problemen die in een gezin op je af komen.

Werk elke dag aan je huwelijk.
Het is belangrijk om elke dag te werken aan je huwelijk. Want een hechte huwelijksrelatie is één van de voorwaarde voor een sterk leiderschap in de gemeente. De huwelijksband is iets wat onderhouden moet worden, liefde die niet elke dag gevoed wordt zal op een dag sterven, net als een plant wat geen water ontvangt.

Paulus zei in Efeziërs 5:25: “Mannen, hebt uw vrouwen lief!” Hou dus van haar! Wat we vandaag nodig hebben, zijn leiders die ook grote minnaars zijn. We hebben leiders nodig die weten dat ze zo nu en dan een dag alleen met hun vrouw moeten doorbrengen en niet maar door hollen. Kijk haar eens in de ogen als je met haar praat, leg de krant neer en zet de televisie uit, heb aandacht voor haar. Open de deur voor haar, help haar met de afwas. Hou dus m.a.w. zichtbaar van haar! Doet u dat niet, dan kan al het succes als leider op een dag in een complete mislukking uiteenspatten. Want als het in onze relatie niet goed gaat staan we meer open voor de verleidingen van satan die op ons af komen.

De roeping is voor beiden.
Feitelijk kan een gehuwde man, die zich geroepen weet in de dienst van de Heer, die roeping niet los zien van zijn vrouw. Zij is, als het goed is, mede geroepen in de dienst van God. Vandaar dat het feitelijk onmogelijk is om te dienen in een geestelijk taak of bediening, wanneer het in huwelijk niet goed zit. Bijbels gesproken kan dit niet.

Want o.a. in 1 Tim.3:4 staat dat een dienaar van God, goede leiding aan zijn gezin moet geven, m.a.w. we moeten ook samen goede ouders zijn, anders kunnen we in de gemeente niet dienen. Het werken voor de Heer, mag nooit ten koste gaan van ons gezin en/of huwelijk. Mocht het wel zo zijn, dan zouden de zaken meer in balans moeten brengen. Als het thuis of in ons huwelijk niet goed gaat, vreet dat zoveel energie bij ons weg, dat we ons in het werk van God niet meer volledig kunnen geven.

Ook vrouwen die minder op de voorgrond treden, zijn net zo goed een belangrijk deel van de bediening van hun man. Zij kan op de achtergrond meewerken aan het slagen van de bediening van haar man, door hem in veel taken in het gezin bij te staan. In feite maakt zij op die manier de bediening van haar man mogelijk. Maar haar betrokkenheid bij de bediening hoeft zich natuurlijk niet te beperken tot haar eigen gezin.

Een voorbeeld uit de Bijbel.
In Hand. 18:1-4 wordt Aquila vergezeld door zijn vrouw Priscilla. Zij waren tentenmakers en werkten samen met Paulus. In vers 18 vergezellen zij Paulus naar Syrië. Hier wordt Priscilla zelfs eerst genoemd, voor Aquila. Op gelijke wijze zien wij hen in vers 26, waar zij samen Apollos nauwkeurig onderwijzen. In Rom. 16:3-5 heeft Paulus de naam van Priscilla ingekort tot Prisca (zo ook in 1Kor. 16:19; 2 Tim. 4:19). Zonder veel woorden roemt hij haar, samen met Aquila. Hij prijst haar geloof in Jezus Christus en haar inzet en zorg voor Zijn gemeente. Paulus noemt hen terecht zijn medearbeiders in Christus Jezus.
Priscilla staat naast haar man, en samen hebben zij een bediening voor de Heer. Wij zien hier een vrouw die de ruimte krijgt om met haar gaven en talenten veel vrucht te dragen en zelfs een hoofdaandeel in die bediening te hebben.

Als je er midden in zit, dan heb je een ontmoeting met God nodig.
Elia heeft niet in eerste instantie behoefte aan een ‘preek’ over hoe hij de zaken beter had kunnen aanpakken, maar veeleer aan een ontmoeting met de levende God zelf. Dat is dan ook precies datgene waartoe de Heer Elia roept: “Treed naar buiten en ga op de berg staan voor het aangezicht des Heren.” (1 Kon. 19:11).

Daar, buiten de spelonk waar Elia de nacht had doorgebracht, is hij getuige van één van de machtigste Godsmanifestaties aller tijden. En toch, “In de wind was de Heer niet… In de aardbeving was de Heer niet… In het vuur was de Heer niet… ” (1 Kon. 19:11-12). God ontmoette hij uiteindelijk in de stilte. Van daaruit zal het herstel beginnen.

Mocht u hulp nodig hebben of u wilt uw verhaal anoniem aan ons kwijt, dat kan. Misschien kunnen we u advies geven of op één of andere manier helpen KLIK HIER .

Geplaatst in geestelijk leiders, Huwelijk | Tags: | Een reactie plaatsen

De EU en de vrijheid om je kinderen te onderwijzen naar eigen overtuiging.

kids-1093758_1920

door Henk Herbold

De Europese Unie is in rep en roer (2021). Tegen alle protocollen en afspraken in, werden er  zelfs harde, emotionele woorden gebruikt. Het zal je inmiddels wel zijn opgevallen, er is een conflict met Hongarije, conflicten waren er al eerder, maar nog niet op deze manier. Het laatste overleg dit jaar, tussen de Europese ministers van Buitenlandse Zaken en hun Hongaarse collega verliep volgens betrokken ongekend gespannen.

Men zegt, er was zelfs sprake van een frontale botsing, verschillende regeringsleiders lieten zich ongebruikelijk fel uit, waaronder onze minister-president. Waar gaat het over? Het ging allemaal over een nieuwe Hongaarse wet, die door de leiders van de EU, de ‘anti-lhbti-wet’  wordt genoemd of ook wel genoemd de ‘anti-homo-wet’.

Meningsverschillen tussen de verschillende lidstaten zijn feitelijk aan de orde van de dag, maar zo heftig heeft men het nog niet meegemaakt. Er zijn andere gevoelige zaken geweest, waarbij zelfs hele groepen mensen in ons land, door Europese wetgeving, in de knel kwamen. Natuurlijk werd er zo nodig wel verweer tegen gevoerd door onze Europarlementariërs. Maar in ieder geval is het niet te vergelijken met wat nu gebeurd, in de strijd tegen deze wet van Hongarije. Wetgeving die overigens wel op democratische wijze tot stand is gebracht, maar kennelijk is dat in dit geval in het geheel niet van belang, of… even vergeten??

Je vraagt je misschien af, waar gaat het dan precies over? Vinden ze in landen als Hongarije dan dat homo’s geen homofiele relatie mogen aangaan en hebben ze dat nu bij wet verboden. Nou, je kunt er van vinden wat je wilt, maar dat is in ieder geval niet in deze wet geregeld. De naam ‘anti-homo’ komt ook niet uit Hongarije zelf en de wet is daar ook niet voor bedoeld, alhoewel sommige mensen het wel op die manier uitleggen. Het gaat alleen maar om het geven van voorlichting (onderwijs) aan jonge kinderen, over o.a. homoseksualiteit, bijvoorbeeld op scholen. Dat wordt door deze wet verboden. Men wil, in het algemeen gezegd, de seksuele voorlichting aan kinderen terugbrengen naar de ouders. Dat was overigens bij ons vroeger niet anders. Heel veel mensen van de vorige generatie zijn door hun ouders seksueel voorgelicht. Dat was toen normaal. Misschien was dat toen ook veel eenvoudiger, tegenwoordig vindt men het kennelijk nodig dat onze kinderen zo vroeg mogelijk, van alle mogelijke seksuele voorkeuren van mensen op de hoogte zijn.

Maar ja, om het nog wat op te blazen zegt men dat deze wet in Hongarije gaat, over de discriminatie van homofiele mensen, of van transgenders, mensen die menen geen duidelijke vrouwelijke of manlijke eigenschappen of voorkeur te hebben.

Het heeft m.i. duidelijk te maken met de ontwikkeling die al jaren gaande is in Europa. Men wil naar een genderneutraal Europa en ook naar een genderneutraal paspoort, want dat zou meer passen bij de deze tijd zegt men. Het is nog een minderheid, maar toch, steeds meer mensen beschouwen het zelfs als discriminerend gedrag, om hen nog als man of vrouw aan te spreken. Men vindt, dat moet verdwijnen en seksualiteit moet dus ook genderneutraal.

De Bijbel
Feitelijk valt voor christenen niet te ontkennen, dat deze ontwikkeling dwars tegen de opvattingen van de Bijbel ingaan. Want Jezus heeft heel duidelijk gezegd in Mattheus 19:4 “Hij antwoordde en zei: Hebt je niet gelezen, dat de Schepper de mens van den beginne als man en vrouw heeft gemaakt?” Het gaat hier dus absoluut niet over de vraag of men zich man of vrouw voelt, nee het gaat hier duidelijk hoe God ons gemaakt heeft.  Voor mij staat vast, dat er gelukkig altijd mensen zullen blijven die de moed hebben om Gods Woord vast te houden en die blijven geloven in wat Jezus heeft gezegd.

Tweedeling in Europa
Als het gaat om de zogenaamde homo-rechten, zien we in Europa een tweedeling en dit is ook de reden van het conflict, wat nu ontstaan is met Hongarije. Landen zoals Nederland beschouwen het als een voorrecht dat ze al heel ver zijn in de strijd voor de z.g. rechten van homo’s en transgenders en natuurlijk ook alles wat daar verder nog onder schuil gaat. Die ontwikkeling is o.a. zichtbaar in de zogenaamde Gay-Days die jaarlijks gehouden worden in ons land. Dagen waarop een grote groep Nederlanders luid en duidelijk hun seksuele voorkeur willen demonstreren, zo mogelijk aan iedereen in ons land.  Maakt niet uit of het nu kinderen, tieners of volwassenen zijn. Men zwaait met vlaggen, liefst half naakt. Men vaart met versierde boten door de Amsterdamse grachten, luid toeterend. Want, zo zegt men, wij moeten gehoord worden, wij zijn er ook nog.

Maar je zou feitelijk denken dat, als het gaat om seksuele vrijheden in ons land, deze mensen nu niet bepaald reden hebben tot klagen.  Al heel lang kunnen homo’s hier met elkaar trouwen en ze kunnen zelfs kinderen adopteren. Demonstratief wappert de regenboogvlag, (kenmerkend voor LHBTl -ers), naast onze nationale driekleur. Je kunt zelfs wel stellen dat de beweging de wind in de rug heeft, zeker in ons land. Maar zijn ze ook tevreden?

Nee, naar het schijnt niet echt en je kunt gerust zeggen, de ordinaire ruzie die nu onlangs plaats had in Brussel tussen de verschillende regeringsleiders van de EU en Hongarije, is daarvan wel het bewijs.  Men zegt, er zijn nog steeds landen in Europa, zoals Hongarije, die de z.g. LHBTI rechten niet willen erkennen en dus, moet dit land met harde hand op de knieën gedwongen worden. Want in landen als Hongarije zijn nog scholen die het zelfs niet nodig vinden om, net als in ons land, kinderen op jonge leeftijd lastig te vallen, met de verschillende seksuele keuze mogelijk die de LHBTI beweging in beginsel voorstaat. Men vindt namelijk dat iedere burger van hun land gewoon het recht heeft om zijn of haar kinderen op te voeden, naar eigen geweten en levensovertuiging en dat hun kinderen niet op jonge leeftijd al een soort hersenspoeling behoeven te ondergaan op het gebied van seksuele voorkeuren, alleen maar omdat de LHBTI beweging dat wil.

Daarom en ook daarom alleen, is in Hongarije met een grote meerderheid de omstreden z.g. antihomo-wet aangenomen. Deze wet is dus op democratische wijze tot stand gekomen en keert zich in beginsel helemaal niet tegen homo’s, het is dus pertinent geen ‘anti-homo wet’, sterker nog homo’s en lesbiennes e.d. worden gewoon door de wetten in Hongarije beschermd. Er is dus helemaal geen sprake van discriminatie. Het wil alleen voorlichting over seksualiteit aan kinderen, aan de ouders overlaten en niet meer aan de school. Natuurlijk kun je hier je mening over hebben, maar je kunt je ook afvragen of regeringsleiders in de EU het recht hebben, om zich te bemoeien met dergelijke interne aangelegenheden van een land. Want juist dat zou een aanval kunnen zijn op de democratie in dat land.

Wij zijn in ons land zijn al heel ver van de oude Bijbel afgedwaald. Onze voorouders hadden bijna wel zeker, in grote meerderheid, vergelijkbare opvattingen over seksualiteit, als nu in Hongarije.  Het is waarschijnlijk ook een kwestie van tijd en ook in Hongarije zullen veel zaken veranderen op het vlak van seksualiteit. Maar de Europese Unie, samen met alle verschillende LHBTI activisten, hebben geen zin om te wachten op dat moment, het moet nu. Hongarije moet haar streng (vooral) kerkelijke traditie maar zo snel mogelijk overboord gooien.  Eventueel wil men het met behulp van verscherpte Europese wetgeving en sancties afdwingen.

Ik schrik hier van, met name ook de reactie van Nederland zelf en van zogenaamde christelijke politici en Europarlementariërs. Het is m.i. in deze tijd van groot belang dat we in de kerk of evangelie gemeente eindelijk weer gewoon de Bijbelse waarheid verkondigen, met betrekking tot actuele zaken als: genderneutraliteit, homofilie, huwelijk en seksualiteit in het algemeen. Als we ons dit goed realiseren dan wordt tegelijk duidelijk hoe belangrijk kinder-, tiener- en jeugd- leiders(sters) zijn in de gemeente of kerk. Nee, het is niet alleen gezellig bezig zijn met de kinderen. Kinderleiders hebben de verantwoordelijkheid om hen bij Jezus te brengen en vooral, om een tegenwicht te zijn tegen al het onheilige en on-Bijbelse wat ze mogelijk buiten en vooral op school horen.

Want kinderen worden tegenwoordig in een vroeg stadium van hun leven, op de verschillende scholen, al geconfronteerd met een wirwar aan seksuele mogelijkheden. Nee, letterlijk alles is mogelijk. Tegen een jong kind wordt gezegd ‘denk even na of je je wel een jongen of meisje voelt’, want het is mogelijk dat je naar lichaam jongen of meisje bent, maar je voelt het niet en dan ben je het dus niet. Wat verwarrend, wat moet zo’n kind hiermee. Maar inmiddels is dit de norm die in ons land door een meerderheid zo wordt gezien. In Hongarije wil men de kinderen daar niet mee lastig vallen, ik bid dat ze ook staande zullen blijven tegen alle media geweld.

Mijn gebed is dat er in ons land krachtige mensen zullen opstaan, predikers die vervuld zijn met Gods Geest en die Gods Woord opnieuw volledig omarmen. Mijn gebed voor mijzelf is ook, om dicht bij Jezus te mogen blijven en zelf ook het Woord van God vast te houden, wat de consequentie ook zal zijn. Want geloof mij, ook in ons land is christenvervolging mogelijk.
Reageren, dat kan: info@evangelisch-nieuws.nl

Geplaatst in Actueel, Homofilie, lhbt-mensen, Seksualiteit, transgenders | Tags: | Een reactie plaatsen

Een geestelijk leider, een teamspeler of solist.

singer-29259_1280

 

door Henk Herbold

Een solist
Het wordt vaak gezegd, het is voor leiders in een geestelijk werk soms erg eenzaam. Velen zijn voorzichtig met vriendschappen, buiten hun eigen vertrouwde kring en men zal zeker niet gauw eigen zwakheden toegeven aan de gemeente. Wat al helemaal gevaarlijk kan zijn, is als men behoefte heeft om problemen te delen met anderen. Met wie doe je dat dan? Je weet maar nooit wat anderen met die informatie doen en het kan ook tegen je gebruikt gaan worden. Men wil het liever allemaal zoveel mogelijk zelf uitzoeken. Het is wel begrijpelijk, maar toch zijn dit heel vaak leiders die zichzelf overschatten.

Jezus heeft namelijk nooit bedoeld dat geestelijk leiders in de gemeente, solisten zouden moeten zijn. Solistisch gedrag maakt dat we dingen te veel alleen willen doen, men vraagt liever niet om hulp. Maar daardoor trekken we wel teveel werk en verantwoordelijkheid naar ons toe. Het gevolg is vaak dat de mensen om je heen een afwachtende houding gaan innemen. Men komt zelf niet meer in beweging omdat dat kennelijk ook niet verwacht wordt. Maar dit is een patroon wat een leidinggevende door eigen gedrag heeft gecreëerd, alleen heeft men dat soms niet door.

We lezen of horen van grote leiders, die veel tot stand brachten voor de Heer en door veel mensen gerespecteerd worden. Maar we vergeten vaak dat ook zij niets tot stand konden brengen, zonder dat er mensen zijn die in hun roeping geloven en bereid zijn hen te steunen. Om daadwerkelijk iets te bereiken is er meer nodig dan een enkel initiatief van een individu, we hebben gewoon elkaar nodig.

In de Bijbel vinden we voorbeelden, waarin we zien dat God wil dat leiders teamspelers zijn:

– Jezus was een teamspeler.
Jezus begint Zijn bediening door direct een team om zich heen verzameld. Lees Lukas 6:12 en 13 ‘En het geschiedde in die dagen, dat Hij naar het gebergte ging om te bidden, en Hij bracht de nacht door in het gebed tot God. En toen het dag geworden was, riep Hij zijn discipelen tot Zich en koos er twaalf uit, die Hij ook apostelen noemde’. Waarom deed Hij dat, kon Hij het dan niet alleen. Hoe vreemd of het klinkt, nee kennelijk niet. Hij had dus ook mensen om zich heen nodig om Hem terzijde te staan, die Hij o.a. kon uitzenden om ook op andere plaatsen het evangelie wat Hij predikte te brengen.

– Geen alleen heersers.
Jezus heeft ook later nooit gewild dat de gemeente geleid zou worden door ‘alleen heersers’. Integendeel, we zien ook later in het boek van Handelingen, dat de apostelen steeds in teamverband functioneerden. Lees o.a. Hand.15: 28 “Want het heeft de Heilige Geest en ons goed gedacht,… ” (vs. 28).

 Handen te kort.
In Handelingen 6:1-6 lezen we hoe met het groter worden van de gemeente in Jeruzalem, er ook steeds meer een beroep gedaan werd op de gemeente, om praktische hulp voor de armen. Er waren geen voedselbanken, zoals tegenwoordig, maar de gemeente zorgde zelf dat de armen te eten hadden. In ieder geval, de apostelen waren er te druk mee en er ontstond een behoefte aan diakenen (= dienaren). Of anders gezegd, er waren ‘handen’ tekort voor het bedienen van de tafels. De apostelen konden het dus niet alleen en stelden de gemeente voor om diakenen aan te stellen: “Ziet dan uit, broeders, naar zeven mannen onder u, die goed bekend staan, vol van Geest en wijsheid, opdat wij hen voor deze taak aanstellen.”

– Mozes moest teamspeler worden.
Toen het volk verlost was uit de slavernij van Egypte en de reis door de woestijn begon, stond hij er aanvankelijk wel alleen voor. Mensen kwamen van de ochtend tot de avond, met allerlei problemen en meningsverschillen aan zijn tent. Zijn schoonvader Jethro zag dat en gaf hem de raad om dit anders te doen. (Ex.18:21) “…onder het gehele volk omzien naar flinke, godvrezende, betrouwbare mannen, die winstbejag haten, en hen over hen aanstellen als oversten van duizend, oversten van honderd, oversten van vijftig en oversten van tien…”.

Leiders die niemand naast zich dulden.
Daarom, ook nu kan het werk in de gemeente niet slecht door één persoon gedaan worden. Een geestelijk leider moet zich dus omringen met betrouwbare mensen, om te helpen en te adviseren. Leiders moeten daar in ieder geval voor openstaan. Het is zelfs zo, dat leiders die niemand naast zich dulden of kunnen verdragen, geven daarmee in feite aan ongeschikt te zijn voor het geestelijk leiderschap, want dit is niets anders dan hoogmoed.

En laten we eerlijk zijn, hoogmoed kan bij iedereen ongemerkt de kop opsteken, het zit als het ware in ons DNA. Zeg daarom nooit te snel van je zelf, helemaal niet hoogmoedig te zijn. Want meestal is het zo, dat degene die dat het hardste roepen juist moeten oppassen. Laat het liever zo zijn dat anderen van ons zeggen dat we nederig zijn.

Dat geldt ook voor geestelijke bedieningen, waardoor we menen meer te zeggen te hebben dan anderen. Wees altijd voorzichtig, het is beter als anderen van ons zeggen dat we een roeping of bediening hebben, dan dat we daar zelf mee te koop gaan lopen. Werkelijk geroepen dienaren van God hebben dat helemaal niet nodig, God zal hen Zelf bevestigen.

We zien nogal eens groepen van gelovigen met een leider die erg solistisch bezig is en die zichzelf onaantastbaar is gaan vinden. Kritiek wordt altijd afgewezen als duivels en negatief, men ziet zichzelf als de geroepene van God. Hoewel men soms wel de mond vol heeft over Bijbelse principes van delegeren en verantwoordelijkheden delen, duldt men in de praktijk toch niemand naast zich.

Anderen mogen wel meewerken, maar het gezag blijft bij de leider alleen. Zulke mensen zullen ook niet gemakkelijk een werk loslaten, maar het eerder als hun eigendom beschouwen. Mocht het toch nodig zijn, dan hebben ze moeite met een opvolger die de dingen wel eens totaal anders kan doen als zij. Feitelijk komt dit, omdat men niet direct aan het begin van de bediening begonnen is om anderen mee te nemen en het leiderschap met hen te delen. Men is vaak bang om gezag te verliezen, maar dit heeft niets met de heilige Geest te maken, maar veel eerder met de werken van het vlees.

Jezus nam anderen mee in Zijn bediening.
In de bediening van Jezus op aarde zien we het ook heel anders gaan. Jezus wist dat de tijd zou komen dat Hij ten hemel zou varen en dat Zijn werk door anderen zou moeten worden voortgezet. Daarom koos Hij direct aan het begin van Zijn bediening 12 medewerkers uit. Ze waren voortdurend in Zijn omgeving en zagen wat Hij deed. Hoe Hij o.a. de zieken genas en de bezetenen bevrijdde. Daarna zond hen uit om ook de boodschap van het koninkrijk te verkondigen en met zieken te bidden (Luc.9 en 10) en Hij liet ze zelfs toe om mensen te dopen (Joh.4:1). Hij schakelde ze in, omdat Hij wist dat ze het werk straks voort moesten zetten.

Dus een van de beste middelen tegen het gevaar van solistisch gedrag in geestelijk leiderschap, is direct anderen mee te nemen in de bediening en hen de ruimte te geven zich naast je te ontwikkelen.

Geroepen geestelijk leiders doen er dus goed aan om andere potentiële leiders mee te nemen in hun bediening en hen gaandeweg te onderwijzen, dus tijdens het werk praktijk onderwijs. Op deze manier zal er ook nooit gebrek zijn aan nieuwe potentiële leiders in de gemeente.

Zie 2 Tim. 2:2. “… en wat gij van mij gehoord hebt onder vele getuigen, vertrouw dat toe aan vertrouwde mensen, die bekwaam zullen zijn om ook anderen te onderrichten”.

Ruimte geven aan anderen.
Natuurlijk stelt men zich dan ook kwetsbaar op. Je loopt als leider op die manier veel meer risico. Er is altijd een gevaar dat anderen zich te sterk gaan ontwikkelen in een werk en dingen van ons overnemen of zelfs beter doen.

Soms is dat pijnlijk, maar tegelijk moet elke leider beseffen dat het werk van God niet het eigendom van de leider is, zelfs al heeft hij aan de basis van het werk gestaan. God is degene die ons als leider moet blijven bevestigen en als Hij dat om welke reden dan ook niet doet, kunnen we beter stoppen en ruimte maken voor anderen, want anders is het gewoon mensen werk. Het gaat namelijk helemaal niet om ons, maar om de eer van Jezus en de Heer wordt het meest verheerlijkt als we op Hem gaan lijken. Jezus was bereid om zelfs de voeten van Zijn discipelen te wassen (Joh.13).

Paulus leert ons in Filip.2:3,4
“… doch in ootmoedigheid achte de een de ander uitnemender dan zichzelf; en ieder lette niet slechts op zijn eigen belang, maar ieder (lette) ook op dat van anderen… “.

Daarom moet een Bijbelse gemeente niet geleid worden door één persoon, maar door een team van met de heilige Geest vervulde mensen? De leiding van een gemeente is in Gods ogen te belangrijk om haar in handen te geven van één persoon die alleen opereert en die nooit kan worden gecorrigeerd als het verkeerd gaat. Onderling verantwoording afleggen aan elkaar, helpt om steeds Gods stem en richting te blijven horen en niet, naarmate het succes groeit, ongemerkt steeds meer op eigen ervaring en inzicht te gaan steunen.

Diakenen en oudsten.
Een Bijbelse gemeente wordt geleid door een team van diakenen en oudsten. In Filip. 1:1, 2 lezen we bijvoorbeeld, dat Paulus en Timotheüs de Filippenzen brief stuurde aan het team van diakenen en oudsten wat de gemeente daar bestuurde:
‘Paulus en Timotheüs, dienstknechten van Christus Jezus, aan al de heiligen in Christus Jezus, die te Filippi zijn, tezamen met hun opzieners en diakenen…’

We zien hier dat er toen sprake was van twee soorten leiders, namelijk opzieners (ook wel oudsten genoemd) en diakenen. Het woord dat vertaald is met ‘opzieners’ wordt ook vertaald met voorgangers of leiders of herders (Efeziërs 4:11). Voorganger en herder zijn vanuit het Grieks feitelijk namen voor dezelfde bediening als die van oudste.

We lezen ook in 1 Petrus 5:1-4 over oudsten die geroepen zijn om leiding te geven, de kudde Gods te hoeden: “De oudsten onder u vermaan ik dan als mede-oudste … hoedt de kudde Gods, die bij u is, niet gedwongen, maar uit vrije beweging, naar de wil van God, niet uit schandelijke winzucht, maar uit bereidwilligheid, niet als heerschappij voerend over hetgeen u ten deel gevallen is, maar als voorbeelden der kudde. En wanneer de opperherder verschijnt, zult gij de onverwelkelijke krans der heerlijkheid verwerven”.

Het hart van een herder is het kenmerk is van de ware oudste. Het is iemand die de mensen in zijn hart draagt, met ze mee leeft en daardoor gemakkelijk benaderbaar is. De kudde Gods hoeden betekent leidinggeven in liefde, maar niet als heerschappij voerend. Leiders horen de gemeente zodanig te dienen dat zij in Gods bestemming komt. Dat betekent dat leiders niet over anderen als een koning mogen heersen. Maar ze zullen juist andere gelovigen moeten ‘voorleven’ wat nederigheid en dienen is. Dit betekent tevens dat een leider die zelf geen houding van nederigheid en dienen heeft, niet hoeft te verwachten dat de leden zich wel aan hem zullen onderwerpen.

Dominant of manipulerend leiderschap ontstaat wanneer leiders hun eigen belang laten gelden boven het belang van de mensen aan wie zij leiding geven. Geestelijk leiders moeten op de eerste plaats vol zijn van Gods Geest en zich door Hem laten leiden. Pas dan zijn ze in staat de gemeente te leiden.

In de gemeente zijn verschillende bedieningen.
Dit wordt wel de vijfvoudige bediening genoemd. Je zou ook van vijf verschillende roepingen kunnen spreken, die allemaal nodig zijn in het lichaam van Christus de gemeente, om de gemeente te helpen groeien in aantal maar nog meer in geestelijk diepgang.

Lees Efeze 4:11 en 12 “En Hij heeft zowel apostelen als profeten gegeven, zowel evangelisten als herders en leraars, om de heiligen toe te rusten tot dienstbetoon, tot opbouw van het lichaam van Christus”.

Maar ook in dit geval zien we in de Bijbel, dat het niet Gods bedoeling is om alleen werken maar altijd in team verband. Het is Bijbels en geestelijk gezond, om samen te werken met de verschillende bedieningen die er zijn, zowel binnen als buiten de gemeente. Hier volgen een paar voorbeelden van bedieningen die elkaar aanvulden in het boek van Handelingen.

– In hoofdstuk 8 lezen we dat Filippus naar Samaria ging om het evangelie te verkondigen. Filippus had een roeping als evangelist (zie ook Hand. 21:8). Hij ging ‘alleen’ naar Samaria en God werkte krachtig door hem, wonderen en tekenen vonden plaats, demonen werden uitgedreven en velen kwamen tot geloof en lieten zich dopen. Lees Hand.8:12 “Toen zij echter geloof schonken aan Filippus, die het evangelie van het Koninkrijk Gods en van de naam van Jezus Christus predikte, lieten zij zich dopen, zowel mannen als vrouwen”. Maar daarmee was het werk in Samaria nog niet klaar. Luister wat er vervolgens gebeurt in Hand. 8:14 “Toen nu de apostelen te Jeruzalem hoorden, dat Samaria het Woord Gods had aanvaard, zonden zij tot hen Petrus en Johannes, die, daar aangekomen, voor hen baden, dat zij de heilige Geest mochten ontvangen. Want deze was nog over niemand van hen gekomen, maar zij waren alleen gedoopt in de naam van de Here Jezus. Toen legden zij hun de handen op en zij ontvingen de heilige Geest”. Eerst was er sprake van de evangelist Filippus, maar daarna waren er twee apostelen, die als een team met hem samenwerkte, om de mensen in Samaria geestelijk verder te brengen.

– In Handelingen hoofdstuk 13 lezen we dat Paulus en Barnabas ‘samen’ werden uitgezonden vanuit de gemeente te Antiochië. De heilige Geest wees ze zelf aan, terwijl de gemeente aan het vasten en bidden was. Lees Hand. 13:2 “En terwijl zij vastten bij de dienst des Heren, zeide de heilige Geest: Zondert Mij nu Barnabas en Saulus af voor het werk, waartoe Ik hen geroepen heb. Toen vastten en baden zij, en legden hun de handen op en lieten hen gaan”. Duidelijk is dat zij er niet ‘individueel’ op uitgestuurd werden, maar samen als een team.

– Later lezen we in Handelingen 15:37-41 dat er twee teams worden gevormd. Barnabas nam Johannes Markus mee, en samen gingen zij op pad. Paulus wilde Johannes Markus niet meenemen, dus hij koos Silas en ging samen met hem een andere kant op. Dus zowel Paulus, als Johannes gingen er niet alleen op uit. Elk had een medewerker bij zich. Ook hier zien we dat potentiële nieuwe leiders betrokken werden in de bediening.

Alleenheerschappij in de gemeente.
Wat een drama’s vinden nog steeds plaats in de christelijke wereld. Omdat geestelijke leiders op de ‘eerste plaats’ willen staan, de grote geestelijke leider zijn, de ‘gezalfde des Heren’. Wat zij zeggen en doen, is altijd juist geloven ze. Want hun mening, is Gods mening, althans dat denken ze. Iedereen die het anders ziet, is een vijand van God en van Zijn gemeente, vinden zij. Zo iemand moet zich bekeren, anders kan hij of zij vertrekken. Wee degene die de ‘gezalfde des Heren’ aanraakt.

Het is daarom erg belangrijk dat geestelijk leiders: hun houding toetsen. Voor geestelijke leiders dreigt het gevaar dat ze namelijk blind zijn voor hun eigen houding. Daarom is het belangrijk alert te zijn. Belangrijk dat we als leiders ons ook laten corrigeren. Alleen Jezus komt alle eer, glorie, lof en aanbidding toe en geen mensen.

Misschien wilt u alleen maar uw verhaal kwijt, of u bent op zoek naar Bijbels advies. Stuur ons anoniem een bericht, u krijgt altijd antwoord. Mail ons gerust (zie info@evangelisch-nieuws.nl), we gaan er discreet mee om en u krijgt altijd binnen twee dagen antwoord.

Geplaatst in Uncategorized | Tags: , | Een reactie plaatsen